Atoombouw

Materie
1 / 47
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Materie

Slide 1 - Slide

Wat weet je van atomen

Slide 2 - Mind map

Wat wil je nog meer weten van atomen

Slide 3 - Mind map

Het periodiek systeem der elementen: Alle atomensoorten

Slide 4 - Slide

Moleculen



Een molecuul bestaat uit 1 óf meerdere atomen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Een atoom is opgebouwd uit moleculen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Elk element heeft een:
A
Teken
B
Symbool
C
Atoom
D
Molecuul

Slide 8 - Quiz

Een watermolecuul is
A
1,5 mm
B
0,015 mm
C
0,00015 mm
D
0,00000015 mm

Slide 9 - Quiz

Daardoor passen er in 1 druppel water
A
1.000 moleculen
B
100.000.000 moleculen
C
100.000.000.000.000 moleculen
D
100.000.000.000.000.000.000.000 moleculen

Slide 10 - Quiz

Atomen en faseovergangen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Waarom stijgt een luchtballon als je de lucht verwarmd?

Slide 13 - Open question

3 manieren om druk te verhogen
temperatuur verhogen             inhoud verkleinen           hoeveelheid verhogen

Slide 14 - Slide

Ken  je het proefje nog met de ballon die werd opgeblazen met een kolf water?

Slide 15 - Slide

Hoe lager de temperatuur des te lager de druk:

Bij het absolute nulpunt is er dus geen druk!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Reacties

Slide 18 - Slide

Welke reacties zijn chemische reacties?
A
Aardgas verbranden
B
Zeewater koken
C
Koffie zetten
D
Cake bakken

Slide 19 - Quiz

Scheikunde gaat over onomkeerbare veranderingen.

Natuurkunde gaat over omkeerbare veranderingen.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Welke reactievergelijkingen stellen ontleden voor?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 25 - Quiz

Scheidingstechnieken:
  • filtreren
  • indampen
  • extraheren
  • destilleren
  • elektrolyse

Slide 26 - Slide

Bij welke scheidingstechnieken vindt ontleding plaats?
A
Indampen
B
Destilleren
C
Elektrolyse
D
Extraheren

Slide 27 - Quiz

Zand en zout scheiden

Slide 28 - Slide

Tot nu zeiden we dat er niets kleiner is dan een atoom.

Slide 29 - Slide

We hebben gelogen

Slide 30 - Slide

Atoombouw
Een atoom bestaat uit:
- elektronen
- protonen
- neutronen

Slide 31 - Slide

Protonen


Neutronen


Elektronen
Plaats                  Massa                  Lading

Slide 32 - Slide

Aantal:

protonen

neutronen

elektronen

Slide 33 - Slide

p

n

e
p

n

e

p

n

e
p

n

e

Slide 34 - Slide

Isotopen

Slide 35 - Slide

Isotopen

Slide 36 - Slide

Hoeveel elektronen heeft 4He?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 37 - Quiz

Wat is de atoommassa van 4He?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 38 - Quiz

Hoeveel elektronen heeft Li?
A
3
B
5
C
8
D
11

Slide 39 - Quiz

Hoeveel neutronen heeft Li?
A
3
B
5
C
8
D
11

Slide 40 - Quiz

Ionen

Slide 41 - Slide

Ionen

Slide 42 - Slide

Magnesium heeft 12 protonen en 13 neutronen.
Hoeveel elektronen heeft Mg2+
A
10
B
12
C
13
D
14

Slide 43 - Quiz

Fluor is nummer 9 en heeft massagetal 19.
Hoeveel elektronen heeft F-
A
8
B
9
C
10
D
19

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Link

Radioactiviteit
Niet alle isotopen zijn stabiel: ze zijn instabiel
Ze willen liever een stabiel atoom zijn en 'vervallen' terug naar een stabiel atoom.

Bij dit terugvallen ontstaat radioactieve straling!

Slide 46 - Slide

Radioactiviteit

Slide 47 - Slide