Kunstgeschiedenis - Post-impressionisme

Post-impressionisme
  • 1880 – 1905

  • "Post" = na, dus na het impressionisme
  • Verzamelnaam voor een groep: pointillisten en individuele kunstenaars, waaronder Cézanne, Gauguin en Van Gogh.
  • Geen gemeenschappelijke kenmerken.
  • Zoeken naar meer inhoud en/of   experimenteren meer met vorm en kleur.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Post-impressionisme
  • 1880 – 1905

  • "Post" = na, dus na het impressionisme
  • Verzamelnaam voor een groep: pointillisten en individuele kunstenaars, waaronder Cézanne, Gauguin en Van Gogh.
  • Geen gemeenschappelijke kenmerken.
  • Zoeken naar meer inhoud en/of   experimenteren meer met vorm en kleur.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Pointillisme
  • "Point" = stip
  • Felgekleurde, onvermengde stipjes naast   elkaar.
  • Het oog maakt er gemengde kleuren van =   optische kleurmenging
  • Kleurcontrasten en complementaire   kleuren.
  • Maken gebruik van wetenschappelijke studies over kleur. 
Paul Signac, “Zeilboten in de haven van St. Tropez”, 1893
 
 
 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Pointillisme 
ook wel Neo-impressionisme genoemd
  • Alledaagse onderwerpen, minder vluchtig dan bij impressionisme. 
  • Schilderen niet buiten, maar in atelier. 
  • Arbeidsintensief, waardoor meer doordacht en statische composities. 
  • Geen vlakken of lijnen: vormen zijn diffuus. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Paul Cézanne
  • Zoekt naar de structuur (= opbouw) van het   onderwerp.
  • “Elke natuurvorm is terug te brengen tot   kubus, kegel of cilinder.”
  • Kleuren en geometrische vlakjes vormen   de basis.
  • Meerdere standpunten in één beeld:   voorloper kubisme.
Paul Cézanne, "Mont Sainte-Victoire", 1904

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Cézanne

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Paul Gauguin
  • Wil het onzichtbare weergeven:   stemmingen en gevoelens.
  • Werkt vanuit herinnering en verbeelding.
  • Symboliek.
  • Felgekleurde (egale) vlakken,   vervormingen, scherpe omlijningen.
  • Eerste kunstenaar die een persoonlijke interpretatie geeft en gevoelens vastlegt: voorloper expressionisme.

Paul Gauguin, "Visioen na de preek (Jacob met de engel", 1888

Slide 6 - Slide

This item has no instructions


  • Gauguin wil het aardse paradijs vastleggen: waar de 'nobele wilden' nog in harmonie leven met de natuur.
  • Emigreert naar Tahiti.

Inspiratie:
  • Exotische, "primitieve" kunst. 
  • Japanse prenten: scherp omlijnde figuren en egale kleurvlak.
  • Egyptische hiërogliefen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Gauguin

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vincent van Gogh
  •  Autodidact.
  • Psychische problemen.
  • Schreef brieven aan zijn broer Theo (kunsthandelaar) die hem financieel ondersteunde.

  • Brabantse periode: “De aardappeleters”,   bruin, donker, somber.
  • Ruw zoals het leven van de arbeiders.
  • Invloed Realisme.
Vincent van Gogh, "De aardappeleters", 1885

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

  • Slechts 10 jaar geschilderd (vanaf zijn 30e). In deze periode maakte hij honderden werken.  
  • Bevriend met Gauguin, raakte bij een ruzie met hem gewond aan zijn oor. 
  • Invloed Japanse prentkunst. 

  • Franse periode: heldere kleuren, dikke   strepen. 
  • Persoonlijke, emotionele weergave van de   werkelijkheid: voorloper expressionisme.

Vincent van Gogh, "Olijfbomen met gele hemel en zon", 1889

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Vincent van Gogh maakte veel zelf portretten

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Van Gogh

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Post-impressionisme
kunstenaars gaan verder dan het impressionisme
Pointillisme: ideeën over kleur en waarneming te vaag, experimenteren met strenge aanpak.
Cézanne: moeite met toevallige composities en eenzijdig standpunt. 
Gauguin: mist intellectuele en spirituele inhoud. 
Van Gogh: mist emotie. 
Allen: breken met realistische weergave van de werkelijkheid. 

Slide 13 - Slide

postimpressionisten breken niet alleen met de gladde (traditionele) manier van werken, maar ook met de realistische weergave van de wereld. 

Cezanne: moeite met impressionistische toevallige composities
Seurat: ideeën over kleur en waarneming te vaag en experimenteert met strenge aanpak.
Gauguin: mist intellectuele inhoud
Van Gogh: mist de emotie