les 8 2TH K4 Tiere - grammatica toets voorbereiden

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

opkikkertje                              met partner: 

Verzin 2 vragen over                                                                & vt              

                                 

Noteer deze met een stift goed leesbaar op het A3 papier!

Jullie gaan deze vragen aan het einde aan elkaar stellen!

blz. 114&117

les 8 voorbereiding grammatica toets

2HV K4 Tiere 

Lesdoel

1. Je weet, wat je moet leren voor de toets op donderdag!
   
2. Je kunt met een partner onder tijdsdruk vragen ontwikkelen.

Wat in het boek moet je kunnen?

• onderdeel E K2 blz. 42 - haben, sein - wij hebben ?- jij bent?
• onderdeel E K3 blz. 98 (der-die-das hulpregels & meervoud) - ? Spiel, ? Frau, ? Schule 
• onderdeel E K4 blz. 132 (persoonsvormen en voltooid deelwoord) - vertaal jullie zwemmen - ik heb beschreven

Slay

AAN DE SLAG 

Maak de opdrachten van het oefenblaadje!

LAAT DIT ZIEN

Maak de opdracht op het 2e oefenblaadje!

KIJK DIT NAAR

Heb je nog tijd over?  Werk aan je leesdossier!

Evaluatie

Weet je voldoende, wat je moet oefenen?

Huiswerk:

Leesdossier maken en oefenen voor de toets!

Slay

"feesttenten - regel" = Ezelsbruggetje om de juiste uitgang te onthouden

Hoe gebruik je feesttenten?

Bij een werkwoord bijvoorbeeld spielen,

• Zoek de stam op, dit doe je door -en van het werkwoord af te halen. Bij spielen is de stam spiel. 
• Bij verschillende personen (ich, du, er, wir, ihr, Sie) gebruik je verschillende uitgangen, maar bij een soort persoon altijd dezelfde uitgang.

Uitleg voltooid deelwoord

Kijk naar de voorbeelden:

spielen - gespielt

laufen - gelaufen

wohnen - gewohnt

machen - gemacht

hören - gehört

Wat is de regel?

Slay

SO lezen

Je weet, wat je moet leren voor de toets op donderdag!

Je kunt met een partner onder tijdsdruk vragen ontwikkelen.

partnerwerk

klassikaal bespreking blz. - stil oefenen

klassikaal oefenen

Duits 2TH K4 Tiere les 8 voorbereiding grammatica toets

19-03-2024

Weet je voldoende, wat je moet oefenen?

zie SOM

zie sheet 5

Wat is het voltooid deelwoord van
spielen?

1. spielt
2. gespield
3. gespielt