Oefen nieuwe woorden week 4 in Quizlet totdat je ze allemaal kent. (dit is ook HW)
vertaal de zinnen Test uw kennis S 44
Slide 8 - Slide
LZ 3 Je werkt verder aan de basisvaardigheden
Slide 9 - Slide
LZ 3 om mijn basisvaardigheden voor spreekvaardigheid nog te kunnen verbeteren wil ik
nog meer oefenen aan uitspraak
nog meer oefenen met zinnen maken
nog meer werken aan mijn woordenschat
nog meer werken aan mijn grammatica
zo doorgaan als ik bezig ben
Slide 10 - Poll
Slide 11 - Slide
Wilkommen!
Stunde 12 Mittwoch 25. September
Slide 12 - Slide
Lernziel
Je kunt met de woorden uit Snel en Vlot week 5, 75% van de eerste 10 zinnen op S 55 van het Nederlands correct naar het Duits vertalen.
Slide 13 - Slide
LZ1 Je kunt met de woorden uit Snel en Vlot week 5, 75% van de eerste 10 zinnen op S 55 van het Nederlands foutloos naar het Duits vertalen.
Snel en Vlot Duits - week 5 unterwegs S 49 en verder
samen/klassikaal S 49 e.v. hardop voorlezen
samen/klassikaal Duits spreken S 53
individueel: Oefen nieuwe woorden week 5 in Quizlet 12 minuten
Vertaal de zinnen Test uw kennis S 55 20 minuten
Kijk je zinnen na. Hoeveel zinnen foutloos?
Slide 14 - Slide
Hoeveel zinnen had je helemaal goed?
Slide 15 - Mind map
zijn er nog vragen???
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Wilkommen!
Slide 18 - Slide
Lernziel
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel. (vandaag de helft van de leerlingen en morgen de andere helft)
Slide 19 - Slide
LZ 1
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel.
Slide 20 - Slide
LZ2 Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel.
Snel en Vlot Duits - week 5 unterwegs
leerling leest aan docent alinea hardop voor
Docent geeft achteraf feedback/ aandachtspunten voor verbetering uitspraak
Slide 21 - Slide
Wilkommen!
Stunde 12 Mittwoch 25. September
Slide 22 - Slide
Lernziel
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel. (vandaag de helft van de leerlingen en morgen de andere helft)
Je kunt met de woorden uit Snel en Vlot week 5, 75% van de zinnen op S 55 van het Nederlands correct naar het Duits vertalen.
Slide 23 - Slide
LZ 1
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel.
Slide 24 - Slide
LZ2 Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel.
Snel en Vlot Duits - week 5 unterwegs
leerling leest aan docent alinea hardop voor
Docent geeft achteraf feedback/ aandachtspunten voor verbetering uitspraak
Slide 25 - Slide
Wilkommen!
Stunde 13+14
Slide 26 - Slide
Lernziel
Je weet wanneer je de tijdbepalingen met de voorzetsel im, am en um moet toepassen..
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel. (vandaag de helft van de leerlingen en morgen de andere helft)
je maakt aan de hand van de gegeven structuur een begin aan je thema presentatie.
Slide 27 - Slide
Tijdsbepaling het voorzetsel "im"
Je gebruikt dit voorzetsel voor een maand of een jaargetijde.
Zum Beispiel: Im Sommer haben wir Ferien. Im August fahre ich mit meinen Eltern nach Frankreich.
Slide 28 - Slide
Tijdsbepaling het voorzetsel "am"
Je gebruikt dit voorzetsel voor een dag of een dagdeel.
Zum Beispiel: Meine Oma kommt am Nachmittag zu Besuch. Am Sonntag schlafe ich immer aus.
Slide 29 - Slide
Tijdsbepaling het voorzetsel "um"
Je gebruikt dit voorzetsel voor een tijdstip.
Zum Beispiel: Um 12 Uhr hörte ich den Alarm. Der Film beginnt um 20:00 Uhr..
Slide 30 - Slide
Ăben!
Je brengt nu de theorie in de praktijk.
Slide 31 - Slide
Hast du ......... Dezember Geburtstag?
A
im
B
um
C
am
Slide 32 - Quiz
........... Winter ist es kÀlter als .......... Sommer.
Slide 33 - Open question
........ Donnerstag trainiere ich immer.
A
Im
B
Um
C
Am
Slide 34 - Quiz
Wollen wir uns ......... 20:00 Uhr treffen?
A
am
B
um
C
im
Slide 35 - Quiz
Kommst du ....... Nachmittag vorbei?
A
am
B
um
C
im
Slide 36 - Quiz
FĂ€ngt die Schule .......... September wieder an?
A
am
B
um
C
im
Slide 37 - Quiz
Wanneer gebruik je het voorzetsel "im"
Slide 38 - Mind map
Wanneer gebruik je het voorzetsel "am"
Slide 39 - Mind map
Wanneer gebruik je het voorzetsel "um"
Slide 40 - Mind map
Is het leerdoel behaald? Leerdoel: Je weet wanneer je de tijdbepalingen met de voorzetsels im, am en um moet toepassen..
đđđđđ
Slide 41 - Poll
Lernziel 2
Je weet welke individuele aandachtspunten je hebt voor het SE Spreken adhv de uitspraaktabel. (vandaag de helft van de leerlingen en morgen de andere helft)
Slide 42 - Slide
Lernziel 3
Je maakt aan de hand van de gegeven structuur een begin aan je thema presentatie
Slide 43 - Slide
START UITWERKEN THEMA
Bekijk je filmpje helemaal , zet de ondertiteling aan.
Maak een vraagstelling bij je filmpje (soms is dat al het geval)
geef korte introductie van het onderwerp
noem de voordelen
noem de nadelen
geef je eigen mening
VOORBEELD
filmje over kant en klare maaltijden.
moeten we kant en klare maaltijden duurder maken?
Kant en klare maaltijden hoef je alleen op te warmen...etc