Wat: Je maakt les x. Maak opdracht x.
Sta je in het oranje vak? Je mag x en x overslaan.
Hoe: Je maakt de opdrachten in je schrift. Je mag zachtjes overleggen.
Tijd: Je hebt tot het einde van de les.
Klaar: - Nakijken
- NUMO
- Extra opdrachten
- Lezen