Herhaling thema 1

Zoek voor jezelf het antwoord op deze vraag op. Ga staan als je het antwoord gevonden hebt
  • Hoe heet het vloeibare onderdeel van je bloed?
  • Hoe voorkom je een SOA?
  • Welke vier functies hebben voedingsstoffen?
  • Waarom haalt een mens adem?
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Zoek voor jezelf het antwoord op deze vraag op. Ga staan als je het antwoord gevonden hebt
  • Hoe heet het vloeibare onderdeel van je bloed?
  • Hoe voorkom je een SOA?
  • Welke vier functies hebben voedingsstoffen?
  • Waarom haalt een mens adem?

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video


Dus, bij verbranding is zuurstof nodig
Er ontstaan nieuwe stofjes na verbranding (oxide genoemd, denk maar aan CO2)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

0

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Waar of niet waar:
Een mondademhaling is beter dan een neusademhaling.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Wat moet er op plek 1?

A
Water
B
Zuurstof
C
Koolstofdioxide
D
Glucose

Slide 16 - Quiz

Wat is de functie van de trilharen in het neusslijmvlies?
A
Het tegenhouden van ziekteverwekkers
B
Het keuren van de lucht
C
Het verwarmen van de lucht
D
Het verplaatsen van slijm naar de keelholte

Slide 17 - Quiz

Waar of niet waar:
Voor verbranding is altijd een brandstof en zuurstof nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Waar of niet waar:
Het strottenklepje sluit de neusholte af als je slikt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Wat is het doel van het neusslijmvlies en trillharen?

Slide 20 - Open question

Welke twee vormen van energie ontstaan bij de verbranding van hout?

Slide 21 - Open question

Ingeademde lucht bevat veel __1__ en weinig __2__
A
1:Koolstofdioxide 2: Zuurstof
B
1: Zuurstof 2: Koolstofdioxide

Slide 22 - Quiz

Welk gas wordt in de longblaasjes opgenomen in het bloed?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 23 - Quiz

Welk gas gaat er in de longen van het bloed naar de longblaasjes?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 24 - Quiz

Waar of niet waar:
Het strottenklepje sluit de neusholte af als je slikt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Ingeademde lucht bevat veel __1__ en weinig __2__
A
1:Koolstofdioxide 2: Zuurstof
B
1: Zuurstof 2: Koolstofdioxide

Slide 26 - Quiz

Welk gas gaat er in de longen van het bloed naar de longblaasjes?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Koolstofmonoxide
D
Stikstof

Slide 27 - Quiz

Tijdens het slapen wordt geen glucose verbrandt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

Waar vindt de verbranding van glucose plaats?
A
In de darmen
B
In de spieren
C
In alle cellen
D
In de lever

Slide 29 - Quiz

Wat is de huig?
A
1
B
2

Slide 30 - Quiz

De luchtpijp vertakt zich in
A
bronchiën
B
longblaasjes
C
luchtpijpvaten
D
luchtpijptakjes

Slide 31 - Quiz

Letter B
A
Bronchie
B
Longblaasje
C
Luchtpijptakje
D
Middenrif

Slide 32 - Quiz

Noem alle onderdelen van het ademhalingsstelsel?

Slide 33 - Open question

Wat doet het strotklepje in de keelholte?

Slide 34 - Open question