BS 5.4: Aanpassing bij dieren

BS 5.4: Aanpassing bij dieren
1 / 11
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

BS 5.4: Aanpassing bij dieren

Slide 1 - Slide

Planning
  1. Leerdoelen
  2. Uitleg basisstof 5.4
  3. Opdrachten maken
  4. Verder met poster

Slide 2 - Slide

Terugblik BS 5.3
  1. Wat zijn abiotische en biotische factoren?
  2. Hoe noem je de niveaus hiernaast?

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe waterdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
  • Je kunt beschrijven hoe landdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
  • Je kunt beschrijven hoe vogels zijn aangepast aan hun leefomgeving.

Slide 4 - Slide

Dieren zijn aangepast naar omgeving

  • Dikke vacht tegen kou
  • Klauwen voor prooien vangen
  • Schutkleur

Slide 5 - Slide

Bouw van waterdieren en landdieren
  • Waterdieren: gestroomlijnd
  • Landdieren: stevige poten, sterk skelet

 

Slide 6 - Slide

Landzoogdieren
Zoolganger: goed evenwicht, ook op twee poten

Teenganger: snel lopen (sprinten)

Hoefganger: nog sneller en langdurig lopen

Slide 7 - Slide

Vogels
De poten en snavels van vogels zijn aangepast aan hun leefwijze en voedsel

Slide 8 - Slide

Lengte van de poten:
  • Steltlopers (voedsel in ondiep water)
  • Strandlopers (voedsel op strand)
  • Klauwen (vastpakken en verscheuren voedsel)
  • Zwemvliezen (om voort te bewegen in water)

Slide 9 - Slide

Snaveltypes
Aangepast aan het voedsel

Slide 10 - Slide

Opdrachten maken
  • BS 5.4: opdrachten 3 - 7

  • Klaar? Ga aan opdracht 3 van de poster!

Slide 11 - Slide