Week 14 - Theme 6: Grammar - past simple and present perfect

1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Rhiannah
Yasmin
Amelia
Amin
Khadija
Abdullah
Baran
Rishana
Ineya
Anelia
Sami
Dina
Safae
Israa
Fabian
Julia
Ali
Sandra
Maysa
Daniela
Mohamed
Magdi
Xavi
Preciosa
Docent

Slide 2 - Slide

Aims
Check ex. 8-10 (speaking/writing) 
I know the difference between past simple and present perfect.

 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

PAST SIMPLE vs PRESENT PERFECT

Slide 5 - Slide

The Past Simple
Bij regelmatige ww                              Bij onregelmatige ww
altijd het hele WW + ed



Je gebruikt de Past Simple als je het hebt over  iets dat in het verleden gebeurd is en nu afgelopen is.

Let op:
try - tried
live - lived

2e vorm blz 145 boek 

Slide 6 - Slide

Fill in the correct Past Simple form:
Nancy ....... with her friends yesterday.
A
plays
B
played
C
plaied
D
did played

Slide 7 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
Famke Louise ...... another bad concert last night.
A
has performed
B
performd
C
have performed
D
performed

Slide 8 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
NAC ....... young PSV last week. (defeat)
A
defeat
B
defeated
C
defeats
D
defeateds

Slide 9 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
I .... them a nice story
A
telled
B
did telled
C
did told
D
told

Slide 10 - Quiz

The Present Perfect
Bij regelmatige ww                                 Bij onregelmatige ww
have/has + hele ww + ed                      have/has + 3e vorm 
                                                                         (boek blz 145)

Je gebruikt de Present Perfect als je het hebt over iets dat in het verleden begonnen is en waar je nu het resultaat van merkt of het nu nog bezig is.


Have/has + voltooid deelwoord
Voorbeeld regelmatig: have watched, has looked
Voorbeeld onregelmatig: Have been, has gone

Slide 11 - Slide

Uitleg
What does a present perfect look like?

+  have / has + voltooid deelwoord (3e vorm)

Slide 12 - Slide

Present Perfect
1.Je ziet het gevolg van de actie:
The squirrel HAS EATEN a lego block.

Slide 13 - Slide

Signaalwoorden 
Present Perfect


FYNE JAS:
for-yet-never-ever
just-already-since/still/so

Slide 14 - Slide

Maak present perfect:
I ..... eaten an apple.
A
have
B
has

Slide 15 - Quiz

Maak present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 16 - Quiz

Zet de volgende zin in de present perfect:
Mary ______(live) in New York since 2005.

Slide 17 - Open question

We .... .... to this school for 4 years. (go)
Maak de present perfect

Slide 18 - Open question

I have lost my passport.
A
Past simple
B
Present perfect

Slide 19 - Quiz

Homework
Do oefening: 12 en 13 
Blz. 56-57

Slide 20 - Slide