Les 2 - Racisme en discriminatie: actuele voorbeelden

Racisme en discriminatie
betoog schrijven
1 / 16
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Racisme en discriminatie
betoog schrijven

Slide 1 - Slide

Terugblik: wat is ook alweer discriminatie en wat is racisme? Geef een voorbeeld voor beide.

Slide 2 - Open question

De Gouden Koets

Slide 3 - Slide

https://www.youtube.com/watch?v=4X19a9ZZG64

Slide 4 - Slide

Videoboodschap Koning over besluit Gouden Koets 

Slide 5 - Slide

Moeten we de Gouden Koets nog gebruiken?

Slide 6 - Open question

Black Lives Matter 

Slide 7 - Slide

Afrikaantjes, moorkoppen en negerzoenen zijn dit nog woorden die we mogen gebruiken?

Slide 8 - Open question

Slavernijverleden

Slide 9 - Slide

Keti Koti

Slide 10 - Slide

Keti Koti


  • Tijdens Keti Koti wordt jaarlijks op 1 juli de afschaffing van de slavernij gevierd en herdacht.
  • Keti Koti betekent ‘verbroken ketenen’, verwijzend naar de boeien waarmee de tot slaafgemaakten vastgezet werden.

Slide 11 - Slide

Keti Koti


  • In Nederland begint Keti Koti met de feestelijke Bigi Spikri-optochten in traditionele Surinaamse klederdracht.
  • Deze kleurrijke kleding heeft een bijzondere geschiedenis. Met de angisa (hoofdtooi) konden tot slaaf gemaakten bijvoorbeeld in het geheim met elkaar communiceren.

Slide 12 - Slide

Keti Koti


  • Vier grote steden vinden dat 1 juli in Nederland een nationale feestdag moet worden, zoals in Suriname.
  • Niet alleen om de slachtoffers te eren, maar ook om mensen bewust te maken van de gevolgen van dit slavernijverleden. Dit werkt namelijk nog steeds door in onze vooroordelen en het racisme van nu.

Slide 13 - Slide

Moet Keti Koti een nationale feestdag worden?

Slide 14 - Open question

Institutioneel racisme 
  • Onderwijs
  • Arbeidsmarkt
  • Woningmarkt 
  • Politie

Slide 15 - Slide

Zelf aan de slag: schrijf hieronder voor welke stelling je hebt gekozen en noteer tenminste drie informatiebronnen (geen Wikipedia)

Slide 16 - Open question