Geef door aan mij welk boek je leest voor boekopdracht 3
We starten met stillezen (10 minuten)
Slide 2 - Slide
Vorige week wit en blauw
Schrijven van een klachtenbrief/ overtuigende brief
Hoe ziet een zakelijke brief/ e-mail eruit?
Slide 3 - Slide
Laat je klachtenbrief zien
Denk aan de opbouw van je brief Denk aan je taalgebruik Gebruik geloofwaardige argumenten Let ook op je spelling! (hoofdletters, punten, komma's, werkwoordspelling)
Slide 4 - Slide
Leerdoelen fictie, wit en blauw
Je legt verbanden tussen handelingen van personages en gebeurtenissen
Theorievragen: Welk verband hoort bij chronologische gebeurtenissen?
Geef een voorbeeld van een oorzaak-gevolg verband.
Leg uit wat associatie is.
Slide 5 - Slide
Leerdoelen fictie, wit
Je legt symboliek uit.
Theorievragen: Wat is symboliek? Wat is de meerwaarde van symboliek in een verhaal?
Maken: Leg de symboliek in het korte verhaal uit (Kameel, leeuw, kind)
Slide 6 - Slide
Leerdoelen fictie, blauw > wit
Je legt symboliek uit.
Theorievragen:
Wat is symboliek?
Wat is de meerwaarde van symboliek in een verhaal?
Maken:
Leg de symboliek in het korte verhaal uit (Kameel, leeuw, kind)
Slide 7 - Slide
Vorige week rood
Commerciële en ideële advertenties
Wat is het verschil?
Slide 8 - Slide
Leerdoelen fictie, rood
Je typeert personages, zowel innerlijk als uiterlijk.
Theorievraag:
Hoe kunnen schrijvers hun personages beschrijven? Bedenk: hoe zou ik de personages in mijn boek kunnen beschrijven?
Slide 9 - Slide
Leerdoelen fictie, rood
Je herkent het genre.
Theorievraag:
Beschrijf kenmerken van een avonturenroman.
Bedenk voor jezelf: is het boek dat ik lees een avonturenroman?
Slide 10 - Slide
Afsluiting
Fictie - genre (avonturenroman) en eigenschappen van personages