MK Politiek H1-3

MK Politiek
Welke kennis zou je nu moeten hebben? :-) 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

MK Politiek
Welke kennis zou je nu moeten hebben? :-) 

Slide 1 - Slide

Hoe noemen we vertegenwoordigers die namens het volk politieke besluiten nemen?
A
Ambtenaren
B
Politici
C
Zakkenvullers
D
Ministers

Slide 2 - Quiz

Hoe noemen we plannenmakers en uitvoerders die bestuurders ondersteunen?
A
Ambtenaren
B
Politici
C
Ministers
D
Kamerleden

Slide 3 - Quiz

Welke functie heeft deze man in de politiek?
A
Kamervoorzitter
B
Kamerlid
C
Burgemeester
D
Minister-president

Slide 4 - Quiz

D66
SP
PVV
VVD
Partij voor de Dieren
Geert Wilders 
Mark 
Rutte 
Lilian  Marijnissen
Siegrid Kaag
Esther Ouwehand

Slide 5 - Drag question

Denk
Forum voor Democratie
GroenLinks
Christen-
Unie
Volt
Farid Azarkan
Gert-Jan Segers
Thierry Baudet
Jesse Klaver
Laurens Dassen

Slide 6 - Drag question

BBB
SGP
Bij1
JA21
50Plus
Caroline van der Plas
Joost Eerdmans
Kees van der Staaij
Sylvana Simons
Nog onbekend

Slide 7 - Drag question

CDA
PvdA
Wopke Hoekstra
Lilianne Ploumen

Slide 8 - Drag question

Hoeveel leden heeft de Tweede Kamer?
A
50
B
75
C
120
D
150

Slide 9 - Quiz


In Nederland hebben we een ....
A
directe democratie
B
indirecte democratie

Slide 10 - Quiz

Nederlandse burgers stemmen voor:
A
Tweede Kamer en gemeenteraad
B
Tweede kamer en provinciale staten
C
Tweede Kamer, provinciale staten en gemeenteraad
D
Tweede Kamer, provincie, gemeente en Europees Parlement

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Op welke manieren betaalt de overheid zaken van 'algemeen belang' zoals onderwijs en wegen?

Slide 13 - Open question

Hoe heet het dagelijks bestuur van ons land?
A
Regering
B
Tweede Kamer
C
Parlement
D
Gemeenteraad

Slide 14 - Quiz

Welk begrip past bij de omschrijving:
''Een document waarin staat wat de regering de komende 4 jaren wil bereiken''
A
Miljoenennota
B
Prinsjesdag
C
Regeerakkoord
D
Beleidsplan

Slide 15 - Quiz

Alle ministers en staatssecretarissen samen =
A
Regering
B
Kabinet
C
Parlement
D
Tweede Kamer

Slide 16 - Quiz

De ministers en de koning samen
A
Regering
B
Kabinet
C
Parlement
D
Tweede Kamer

Slide 17 - Quiz

Ministers maken alleen voorstellen! Een wet wordt pas aangenomen als de Tweede Kamer en Eerste Kamer ermee instemmen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Uitleg van de plannen die de regering voor het komende jaar heeft.
A
Troonrede
B
Regeerakkoord
C
Wetsvoorstel
D
Miljoenennota

Slide 19 - Quiz

Dank voor je inzet!

Slide 20 - Slide

LINKS vs RECHTS
links
rechts
Iedereen moet kunnen doen wat hij wil.
Niet iedereen kan doen wat hij wil, want aremn hebben minder mogelijkheden.
De overheid moet zorgen dat arme mensen een een beter leven krijgen.
Politiek is een zaak voor goed opgeleiden.

Slide 21 - Drag question