8. Schrijven 2 gemixt met wwspelling

Lezen
Aantekening 
Zelfstandig aan de slag

1. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de tegenwoordige tijd (tt) en kunnen deze toepassen. (laptop starten)
timer
10:00
N.B. De aankomende weken mixen we schrijven 2 en wwspelling, omdat dit in het verlengde ligt van schrijven. 
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lezen
Aantekening 
Zelfstandig aan de slag

1. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de tegenwoordige tijd (tt) en kunnen deze toepassen. (laptop starten)
timer
10:00
N.B. De aankomende weken mixen we schrijven 2 en wwspelling, omdat dit in het verlengde ligt van schrijven. 

Slide 1 - Slide

Aantekening wwspelling pv tegenwoordige tijd (tt)






Persoonsvorm? Woordsoort? Hoe vind je de pv?

Stam
Stam+t
Hele werkwoord (heet ook wel ...)

Ff oefenen
Kees (bakken) een taart. spellingregel?
De dokter (behandelen) de wond. spellingregel?
De vogel (spreiden) zijn vleugels. --> lopen/spelen
(Worden) jij morgen 14?
LessonUp

Slide 2 - Slide

Maak zin met het woord 'rijdt'.

Slide 3 - Open question

Maak een zin met het woord 'leid'.

Slide 4 - Open question

1. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de tegenwoordige tijd (tt) en kunnen deze toepassen (schrift en laptop starten)
Ga aan de slag met de opdrachten van werkwoordspelling 2, persoonsvorm tegenwoordige tijd
Je mag met elkaar overleggen. 
 
De antwoorden staan klaar als je alle opdrachten gemaakt hebt. 
N.B. het spiekbriefje dat je maakt bij opdr. 3 mag je ook bij de toets gebruiken. Bedenk dus goed wat je noteert! (apart blaadje)

Huiswerk: werkwoordspelling 2 (pv tt) af maken. 

Slide 5 - Slide

Lezen
Groepjes maken voor het artikel
Online methode

1. Doel: jullie hebben in groepen (min. 2 en max. 3 personen) een keuze gemaakt voor een afgebakend onderwerp van jullie artikel. (boek, blz. 69)
timer
10:00

Slide 6 - Slide

Lezen
Samen beginnen (herhaling)
Zelfstandig verder werken

2. Doel: jullie kunnen je informatie uit les 1 ordenen en hier steekwoorden bij bedenken. Ook kun je de onderwerpen in een logische volgorde (rode draad) zetten. (boek blz. 71)
timer
10:00

Slide 7 - Slide

2. Doel: jullie kunnen je informatie uit les 1 ordenen en hier één steekwoord voor bedenken. Ook kun je de onderwerpen in een logische volgorde (rode draad) zetten. (boek blz. 71)
Zelfstandig aan de slag: opdr. 1, 2, 3, 5. 

Opmerkingen:
  • Wat doe je eigenlijk bij opdr. 3?
  • Hoe verdeel je de taken bij opdr. 5?
  • Opdr. 6 volgende les (volgende dia)

Let op: opdr. 4 sla je over, jullie schrijven je artikel uit. 
Eisen artikel:
- min. 4 alinea's: inleiding, kern 2x, slot
- per alinea min. 5 zinnen.

Slide 8 - Slide

Doel: jullie kunnen elkaar feedback geven op de tekst.
Waar  moet je op letten?
  • iedere alinea min. 5 zinnen;
  • min. 4 alinea's;
  • kernzinnen: uitwerking van de kernzinnen;
  • titel;
  • tussenkoppen; 
  • slot --> geen nieuwe info / is er een slot?;
  • logische volgorde van de alinea's;
  • leestekens (interpunctie); 
  • (werkwoord)spelling;
  • goede zinsopbouw.
timer
15:00

Slide 9 - Slide

Lezen
Aantekening 
Zelfstandig aan de slag

2. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de verleden tijd (vt) en kunnen deze toepassen.  (laptop starten)
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Aantekening wwspelling pv verleden tijd (vt)

Lees eerst zelf de instructie in de online methode, maak aantekeningen. (2 dia's)

N.B. vergeet de 'oranje knop' niet.






timer
6:00

Slide 11 - Slide

Aantekening wwspelling verleden tijd (vt)

Wat heb je genoteerd?
sterk/zwak
't kofschipx

ff oefenen
Vorige week (verven) hij een mooi schilderij. (sterk/zwak)
De meiden (slapen) de hele nacht niet (sterk/zwak)
LessonUp






Slide 12 - Slide

schrobte/schrobde? Leg je antwoord uit.

Slide 13 - Open question

Gisteren (wachten) we echt lang op de docent.

Slide 14 - Open question

2. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de verleden tijd (vt) en kunnen deze toepassen. (laptop starten)
Ga aan de slag met de opdrachten van werkwoordspelling 2, persoonsvorm verleden tijd
Je mag met elkaar overleggen. 
 
De antwoorden staan klaar als je alle opdrachten gemaakt hebt. 
N.B. het spiekbriefje dat je maakt bij opdr. 2 mag je ook bij de toets gebruiken. Bedenk dus goed wat je noteert! (apart blaadje)
Huiswerk: werkwoordspelling 2 (pv vt) af maken. 

Slide 15 - Slide

Lezen
Aantekening/filmpje kijken
Bepaal zelf jullie route: X, Y of Z.


3. Doel: jullie weten hoe je een goede tekst moet schrijven, waarbij je rekening houdt met tekstkenmerken. (boek blz. 74)
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Aantekening tekst schrijven

Wat zijn de kenmerken van een goede tekst?

Filmpje kijken: opdr. 1





Slide 17 - Slide

3. Doel: jullie weten hoe je een goede tekst moet schrijven, waarbij je rekening houdt met tekstkenmerken. (boek blz. 74)
Gekozen voor X of Y? Lees opdr. 3

Slide 18 - Slide

Lezen
Op papier!
Gezamenlijk formulier tekststructuur checken (blz. 162)
Route X en Y meteen aan het werk
Route Z opdr. 1 en 2


4. Doel: jullie kunnen je informatie ordenen en hier steekwoorden bij bedenken.  Ook weten jullie wat een tekststructuur is. (boek blz. 78)
timer
10:00

Slide 19 - Slide

4. Doel: jullie kunnen je informatie ordenen en hier steekwoorden bij bedenken. Ook weten jullie wat een tekststructuur is. (boek blz. 78)
Check het formulier tekststructuur (blz. 162)
Route X en Y: start met opdr. 1 t/m 4                           Beoordeling:
Route Z: opdr. 1 en 2?

Huiswerk: opdr. 4

Slide 20 - Slide

Lezen
Aantekening 
Ff oefenen
Zelfstandig aan de slag

3. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de voltooide tijd (vd) en kunnen deze toepassen.  (laptop starten)
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Aantekening wwspelling voltooide tijd (vd)

 Lees eerst zelf de instructie in de online methode, maak aantekeningen. (2 dia's)
hulpwerkwoorden!

N.B. denk aan de oranje knop!

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Het papier is verbrand.                                                        De hond is gered.
Het ... papier                                                                              De ... hond

De straat is verbreed.
De ... straat







timer
5:00

Slide 22 - Slide

Die kat heeft mij (krabben).

Slide 23 - Open question

Je hebt je huiswerk toch niet (verwaarlozen)?

Slide 24 - Open question

Het blauw (verven) huis

Slide 25 - Open question

De (melden) brand

Slide 26 - Open question

Heb je de spellingswijze van het voltooid deelwoord nu (snappen)?

Slide 27 - Open question

3. Doel: jullie kennen de wwspellingsregels van de voltooide tijd (vd) en kunnen deze toepassen. (laptop starten)
Ga aan de slag met de opdrachten van werkwoordspelling 2, het voltooid deelwoord.
Je mag met elkaar overleggen. 
 
De antwoorden staan klaar als je alle opdrachten gemaakt hebt. 
N.B. het spiekbriefje dat je maakt bij opdr. 3 mag je ook bij de toets gebruiken. Bedenk dus goed wat je noteert! (apart blaadje)
Huiswerk: werkwoordspelling 2 (voltooid deelwoord) af maken. 

Slide 28 - Slide


Formatieve toets
Klaar? Maak je nuttig voor school.
Klassikaal bespreken

Doel: jullie weten hoe goed jullie de werkwoordspellingsregels beheersen en kunnen toepassen.
timer
30:00

Slide 29 - Slide

Lezen
Toelichting formulier



5. Doel: jullie kunnen elkaar feedback geven op het artikel m.b.v. een feedbackformulier. (boek blz. 80)
timer
10:00

Slide 30 - Slide

5. Doel: jullie kunnen elkaar feedback geven op het artikel m.b.v. een feedbackformulier. (boek blz. 80)
Vul het feedbackformulier in.

 
Herschrijf je artikel. Voor dit herschreven artikel
krijg je een cijfer. 

timer
15:00

Slide 31 - Slide