Clase de 7/12 - 1CM

1 / 15
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

¿Qué vamos a hacer hoy?
- Lidwoorden
- Zelfstandig naamwoord

Slide 2 - Slide

Lidwoorden (m/v) 
De/het    (bepaalde)


El -> mannelijk (ev) / Los (mannelijk (mv)
La - vrouwelijk (ev) / Las (vrouwelijk (mv)

Slide 3 - Slide

Lidwoorden (m/v) 
Een    (onbepaalde)


Un -> mannelijk (ev) / Unos (mannelijk (mv)
Una - vrouwelijk (ev) / Unas (vrouwelijk (mv)

Slide 4 - Slide

Lidwoorden (m/v)
El chico   (de jongen)                   la chica  (het meisje)
Los chicos (de jongens)            las chicas (de meisjes)


El -> mannelijk (ev) / Los (mannelijk (mv)
La - vrouwelijk (ev) / Las (vrouwelijk (mv)

Slide 5 - Slide

Lidwoorden (m/v)
mannen ->  el profesor                    vrouwen -> la profesora 
 - o            ->  el libro                             - a             -> la casa 
- ma         -> el programa                   - ión          -> la estación
- veel medeklinkers - el pan,           - dad         -> la universidad 
   el fútbol
Rest van de woorden-> uit het hoofd leren.
± mannelijk voorwerp????

Slide 6 - Slide

Bepaald lidwoord (mannelijk)
Onbepaald lidwoord (mannelijk)
Bepaald lidwoord (vrouwelijk)
Onbepaald lidwoord (vrouwelijk)
EL 
LOS
LA
LAS
UN
UNOS
UNA
UNAS

Slide 7 - Drag question

Koppel lidwoord aan zelfstandig naamw.
el
la
los
las
oficinas
tortuga
banco
museos

Slide 8 - Drag question

El
La 
   tortilla
  señor
  formulario
  prioridad
  vaca
  actriz
   bicicleta
  colegio
  toro 
  vestido 
  presentación

Slide 9 - Drag question

El sustantivo (zelfstandig naamwoord)


Wat is een zelfstandig naamwoord?
Kun je een voorbeeld noemen?

Slide 10 - Slide

Een zelfstandig nw. is in het Spaans altijd mannelijk of vrouwelijk





La chica (vrouwelijk)
El chico (mannelijk)
La ciudad (vrouwelijk)
El libro (mannelijk)

Slide 11 - Slide

Plural (meervoud)
Als je een Spaans woord in het meervoud zet komt er 's' of 'es' bij.

  • Eindigt een zelfstandig naamwoord op een klinker (A/E/O/U/I)?    +s
  • Eindigt een zelfstandig naamwoord niet op een klinker?               +es


La mesa >    Las mesas                            El rotulador  >   Los rotuladores 
El libro    >    Los libros                              Una ciudad   >   Unas ciudades
Vergeet niet dat je ook het lidwoord moet aanpassen naar het meervoud!

Slide 12 - Slide

Plural (meervoud)
Woorden eindigend op klinkers (a, e, i, o, u)  -> + s
fruta -> frutas,  libro -> libros,  nombre -> nombres

Woorden eindigend op medeklinkers  -> + es
hotel -> hoteles, canción -> canciones 
PAS OP! Uitzonderingen: woorden op  -y + es: rey = reyes
woorden op -z (z = c): feliz = felices

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Plaats de zelfstandige naamwoorden bij het juiste lidwoord.
la
los
las
el
profesora
música
mesa
libro
bolígrafos
carpetas
alumnos
sillas
pizarras
borrador

Slide 15 - Drag question