verwarmingstechniek themales 3 - bladzijde 61 t/m 68
Vloerverwarming
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 61 t/m 68
Learnbeat opdracht 2.11A t/m 2.12A
1 / 16
next
Slide 1: Slide
InstallatietechniekMBOStudiejaar 2
This lesson contains 16 slides, with text slides.
Items in this lesson
Vloerverwarming
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 61 t/m 68
Learnbeat opdracht 2.11A t/m 2.12A
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
aan het eind van de les:
- Kan je de verschillende vloerverwarmingspatronen benoemen
- Kan je de verschillende vloerverwarmingspatronen benoemen
- Weet je wat een droge- en natte vloerverwarming is.
- Kan je de warmteafgifte bij vloerverwarming uitleggen.
- Weet je wat de voor- en nadelen van vloerverwarming zijn.
Slide 2 - Slide
Vloerverwarmingsbuizen worden in als een slakkenhuis of spiraal gelegd.
Slide 3 - Slide
Slakkenhuispatroon:
Het water loopt dan "parallel" door de buizen en geeft zijn warmte af, waarna het afgekoelde water terugloopt naar de collector.
De vloer warmt gelijkmatig op.
Slide 4 - Slide
Spiraal / Meanderpatroon:
kan je beter rekening houden met koude vlakken.
De aanvoer van de vloerverwarming groep begint dan bij het koude vlak en loopt naar het gebied waar minder warmte nodig is.
Slide 5 - Slide
Vloerverwarming
De 'hart op hart'-afstand tussen de leidingen ligt tussen de 10 en 20 cm afhankelijk van het benodigde vermogen.
De maximale lengte van een groep ligt tussen de 70 en 120 m.
De twee meest toegepaste systemen zijn natbouw en droogbouw.
Slide 6 - Slide
Natbouw
Onder natbouw vloerverwarmingssystemen vallen alle soorten vloerverwarming die worden aangelegd op krimpnetten of noppenplaten.
Over deze constructies wordt een ‘natte’ dekvloer aangebracht: de verwarmingsbuizen worden hierbij volledig in een specie van zandcement gestort.
Slide 7 - Slide
Droogbouw
Droogbouw wil zeggen, dat er bij de aanleg/installatie van vloerverwarming geen natte producten zoals zand-cement, beton, anhydriet etc. gebruikt worden.
Slide 8 - Slide
Warmteafgifte
De warmteafifte afgifte van vloerverwarming hangt af van:
- (Gemiddelde) water temperatuur
- vloer opbouw en afwerking
- isolatie van vloer
10
15
https://www.wth.nl/support-en-service/afgifte-berekening
Slide 9 - Slide
Warmteafgifte
Slide 10 - Slide
Elektrische vloerverwarming
Elektrische vloerverwarming wordt vaak als bijverwarming aangelegd in bijvoorbeeld de badkamer, mede doordat elektrisch verwarmer duurder is als via een HR ketel of warmtepomp.
Slide 11 - Slide
Elektrische vloerverwarming
Kabel: Deze wordt gelegd vergelijkbaar als “gewone” vloerverwarming.
Kant en klare mat waarop kabels zijn aangelegd: matten worden gelegd waarover de dekvloer wordt gelegd.
Folie voor onder tapijt / laminaat: dunne folie welke onder tapijt en/of laminaat kan worden gelegd.
Slide 12 - Slide
Wel / Geen vloerverwarming?
In nieuwbouw is vloerverwarming al bijna standaard.
Bestaande bouw is het eerste waar je naar kijkt is de isolatie.
In een ouder huis met enkel glas en weinig isolatie, red je het vaak niet om je huis te verwarmen met vloerverwarming.
Daarnaast is de vloerafwerking in combinatie met de isolatiegraad belangrijk.
Slide 13 - Slide
Nadelen vloerverwarming?
Het is een traag medium. Als je de thermostaat lager zet, duurt het langer voordat het ook daadwerkelijk afkoelt en andersom.
Vloerverwarming laat je dus zoveel mogelijk op dezelfde temperatuur, bijvoorbeeld ook ’s nachts.
(Dat kan alleen als je huis goed geïsoleerd is, anders verlies je veel warmte.)
Slide 14 - Slide
Vloerkoeling
In veel gevallen is het mogelijk met de combinatie van warmtepomp en vloerverwarming een huis koel te houden
Staat de temperatuur van het water in de vloerverwarming te laag ingesteld, dan kan er op en onder de vloer condens ontstaan.
Slide 15 - Slide
Deze week
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 61 t/m 68
Learnbeat opdracht 2.11A t/m 2.12A
