Ethiek - 3b

1 / 28
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Om te beginnen: wat is ethiek?
A
Nadenken over het leven
B
Nadenken over God
C
Nadenken over eten
D
Nadenken over goed en kwaad

Slide 2 - Quiz

Ethiek is voor iedereen hetzelfde.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Wat is een waarde?
A
Datgene wat we belangrijk vinden, waar we naar streven
B
het is een gedrag wat wenselijk is
C
dat is hetzelfde als ethiek
D
een waarde is objectief

Slide 4 - Quiz

"Het samenhangend geheel van normen en waarden van een persoon of een groep
A
norm
B
waarde
C
moraal
D
ethiek

Slide 5 - Quiz

welke uitspraak is het beste?
A
het gaat bij ethiek over je eigen mening
B
Het gaat bij ethiek over het filosofisch benaderen van een vraag over goed en kwaad

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Link

Welke (botsende) waarden kun je benoemen?

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Teleologisch (doel/gevolg-gericht) handelen
of deontologisch (deugd/plicht-gericht ) handelen?
Gevolgenethiek kijkt naar het resultaat (doel) van ons handelen
Plichtsethiek gaat uit van deugden en plichtsbesef.
Bentham en Kant staan hier tegenover elkaar:
Bentham met utilisme en Kant met de categorische imperatief.

Slide 22 - Slide

Kant & Levinas zijn voorbeelden van
A
doel-ethiek
B
plicht-ethiek
C
ethiek
D
moraal

Slide 23 - Quiz

Welk woord hoort thuis bij de doel-ethiek?
A
Gevolgen staan centraal
B
Verantwoordelijkheid
C
Je moet er naar streven te doen wat je plicht is.
D
Principe

Slide 24 - Quiz

Hedonisme en Utilisme zijn vormen van
A
doel ethiek
B
pragmatische ethiek
C
plicht ethiek
D
zuivere ethiek

Slide 25 - Quiz

De mens moet zoveel mogelijk in dit leven genieten. Welk is onjuist?
A
Hedonisme
B
Epicures
C
Plicht-ethiek
D
Doel-ethiek

Slide 26 - Quiz

In de plicht-ethiek stel je eerst een norm (principe) vast waaruit je gaat handelen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

HUISWERK
MAAKWERK READER ETHIEK (elo/sw):

par1.: vr.5,9,11,14,15 (week 15) en par. 2: vr.18 t/m 21 vr.24,25,28 (week 16). AFRONDEN! Dan verder met case-opdracht!
De uitgeprinte reader opdrachten en case opdracht inleveren in week 24 !!


Slide 28 - Slide