Voorbeeld: Je hoeft dit nu nog niet te leren, maar het is wel belangrijk
Toelichtend verband: extra info, voorbeelden
Signaalwoorden: bijvoorbeeld, zoals, denk aan
Voorbeeld: Ik ben dol op exotisch fruit, zoals ananas, granaatappel en limoen.
Slide 9 - Slide
Tekstverbanden geven verbanden aan tussen ....
A
teksten
B
woorden
C
woorden, zinnen
D
woorden, zinnen, alinea's
Slide 10 - Quiz
Bij welk tekstverbanden horen de signaalwoorden 'ook', 'bovendien' en 'tevens'?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
tijdsvolgorde (chronologisch)
D
reden
Slide 11 - Quiz
Chronologisch
verband
Opsommend
verband
Tegenstellend
verband
Toelichtend verband
Sleep het signaalwoord
naar het juiste verband
Eerst
Bovendien
Maar
Bijvoorbeeld
Slide 12 - Drag question
Tekstverbanden, het woord 'maar' hoort bij een .......tekstverband
A
opsommend
B
chronologisch (tijd)
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 13 - Quiz
En nu...
Maak online van Lezen hoofdstuk 4 de startopdracht en opdracht 1. Ben je op tijd klaar? Werk dan verder aan de opdrachten van Lezen hoofdstuk 4.
LET OP: kies voor de methode 1havo/vwo (instellingen -- veelgebruikt lesmateriaal -- methode 1havo/vwo)
Huiswerk dinsdag 9 maart
-Maken: Lezen hoofdstuk 4
-Leren: theorie van Lezen H4 op blz. 102
Huiswerk vrijdag 12 maart
Oefentoets Lezen H4 (leer de theorie op blz. 102 en oefen met 'trainen' en 'extra opdrachten')
Slide 14 - Slide
Lesdoel behaald? Ik kan tekstverbanden herkennen en benoemen.
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quiz
Goedemorgen klas 2C
Vandaag...
- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 1E
Vandaag...
- Lezen H4: theorie herhalen + opdrachten maken
Huiswerk
Dinsdag 9 maart
-Maken: Lezen hoofdstuk 4
-Leren: theorie van Lezen H4 op blz. 102
Leerdoelen:
-Ik kan tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden
- Ik kan chronologische, opsommende, tegenstellende en toelichtende verbanden in een tekst herkennen
Slide 16 - Slide
chronologisch - voorbeeld
Als je met de Thalys van Amsterdam naar Parijs reist, maak je drie tussenstops: eerst in Rotterdam, dan in Antwerpen en vervolgens in Brussel.
Slide 17 - Slide
chronologisch - voorbeeld
Als je met de Thalys van Amsterdam naar Parijs reist, maak je drie tussenstops: eerst in Rotterdam, dan in Antwerpen en vervolgens in Brussel.
Slide 18 - Slide
opsomming- voorbeeld
Mijn vrije tijd gebruik ik voor leuke dingen. In de eerste plaats sport ik graag. Verder houd ik van televisiekijken. Ook vind ik het heerlijk een spannend boek te lezen.
Slide 19 - Slide
opsomming- voorbeeld
Mijn vrije tijd gebruik ik voor leuke dingen. In de eerste plaats sport ik graag. Verder houd ik van televisiekijken. Ook vind ik het heerlijk een spannend boek te lezen.
Slide 20 - Slide
Je kan er "punten" van maken
In haar vrije tijd doet zij:
- sport
- televisiekijken
- boeken lezen
Slide 21 - Slide
tegenstelling
maar, daarentegen, echter, integendeel, enerzijds-anderzijds etc.
Slide 22 - Slide
tegenstelling - voorbeeld
Op internet zijn veel bedriegers actief. Maar de politie doet er veel te weinig aan om ze op te sporen.
Slide 23 - Slide
tegenstelling - voorbeeld
Op internet zijn veel bedriegers actief. Maar de politie doet er veel te weinig aan om ze op te sporen.
Slide 24 - Slide
toelichtend
bijvoorbeeld, zo, als, denk aan, neem nou
Slide 25 - Slide
toelichtend - voorbeeld
Adriana kookt graag buitenlandse gerechten, zoals couscous
Slide 26 - Slide
toelichtend - voorbeeld
Adriana kookt graag buitenlandse gerechten, zoals couscous
Slide 27 - Slide
Even oefenen
Slide 28 - Slide
Welk verband herken je in de volgende zin?
Hoewel Marit niet had geleerd voor het examen, haalde ze toch een voldoende.
A
Tegenstelling
B
Tijdsvolgorde
C
Opsomming
D
Vergelijking
Slide 29 - Quiz
Welk verband herken je in de volgende zin?
Mijn broertje wil graag een ijsje, een appeltaart, een glad drinken en een pizza.
A
Tegenstelling
B
Toelichting
C
Opsomming
D
Chronologie
Slide 30 - Quiz
Welk verband herken je in de volgende zin?
Eerst ga je naar de kapper en vervolgens ga je nieuwe schoenen kopen.
A
Tijdsvolgorde
B
Tegenstelling
C
Toelichting
D
Opsomming
Slide 31 - Quiz
En nu...
Maak online van Lezen hoofdstuk 4 de startopdracht en opdracht 1. Ben je op tijd klaar? Werk dan verder aan de opdrachten van Lezen hoofdstuk 4.
LET OP: kies voor de methode 1havo/vwo (instellingen -- veelgebruikt lesmateriaal -- methode 1havo/vwo)
Huiswerk dinsdag 9 maart
-Maken: Lezen hoofdstuk 4
-Leren: theorie van Lezen H4 op blz. 102
Huiswerk vrijdag 12 maart
Oefentoets Lezen H4 (leer de theorie op blz. 102 en oefen met 'trainen' en 'extra opdrachten')
Slide 32 - Slide
Lesdoel behaald? Ik kan tekstverbanden herkennen en benoemen.