1.1 Wat is economie? Opgave 1 t/m 4

Welkom
Leg vast op tafel:
  • boek
  • schrift
  • etui
  • rekenmachine
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Leg vast op tafel:
  • boek
  • schrift
  • etui
  • rekenmachine

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Na deze les weet je:
  • wie mevrouw Kloek is
  • wat je kunt verwachten dit schooljaar
  • waar economie over gaat

Slide 3 - Slide

KO = Mevrouw Kloek
skloek@mendelcollege.nl
aanwezig op ma, di, vrij

Slide 4 - Slide

KO = Mevrouw Kloek
skloek@mendelcollege.nl
aanwezig op ma, di, vrij

Slide 5 - Slide

Wat verwacht ik in mijn lessen?
  • Goede sfeer
  • Leren van/met elkaar
  • Boek, schrift, pen en rekenmachine mee in de les
  • (Huis)werk af
  • Huiswerk of materiaal niet in orde? (1e keer: kan de beste overkomen. 2e keer: schrijfopdracht. 3e keer: uurtje nakomen)
  • Plattegrond

Slide 6 - Slide

1.1 Wat is economie?

Slide 7 - Slide

Hoofdstuk 1
Economie is meer dan geld

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
Vandaag:
- waar economie over gaat 
- voorbeelden van wat economie met jou te maken heeft 

Slide 9 - Slide

Waar denk je aan bij het woord:
economie

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

Economie
Het vak economie gaat over de behoeften die mensen hebben en de keuzes die zij maken om hun behoeften te vervullen.

Slide 13 - Slide

Wat betekent productie?
A
Het vervoeren van goederen of diensten
B
Het maken van goederen of diensten
C
Het kopen van goederen of diensten

Slide 14 - Quiz

Wat is consumeren?
A
Het eten van een maaltijd
B
Het kopen van goederen en diensten
C
Het weggooien van goederen

Slide 15 - Quiz

Wat betekent distributie?
A
Het vervoeren van goederen van een centraal punt naar verschillende plekken
B
Het kopen van goederen en diensten door klanten
C
Het verkopen van goederen en diensten

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Keuzes maken
Behoeften => Alles wat je nodig hebt of graag wilt hebben.

Keuzes maken: wat is voor jou het belangrijkst?

Economie gaat dus ook over het maken van de juiste keuzes.




Slide 19 - Slide

Wat is geen basisbehoefte?
A
water
B
onderdak (huis)
C
groenten
D
TV

Slide 20 - Quiz

Kun je alles krijgen waar je behoefte aan hebt? Leg uit waarom wel/niet.

Slide 21 - Open question

Consumenten
Consumeren => als je iets koopt voor je eigen behoeften.
Jij bent dan een consument.

Consument => iemand die iets koopt voor eigen behoeften. 

Consumeren kost geld. 

Als je niet genoeg geld hebt om in al je behoeften te voorzien, dan moet je kiezen. Wat koop je wel en wat koop je niet?




Slide 22 - Slide

Producenten
Producenten zorgen voor het aanbod van producten.

Zij moeten ook kiezen

Slide 23 - Slide

hoe gaat het met de economie?
Havo 4

Crisis 1

Slide 24 - Slide

Afronden bij economie
Afronden van geld: altijd 2 decimalen.

Afronden van procenten: 1 decimaal.

Afronden mensen: heel getal.

Tenzij er anders gevraagd wordt.

Slide 25 - Slide

Geldbedragen noteren

Slide 26 - Slide

Als je iets koopt voor eigen gebruik, dan ben je een
A
producent
B
consument

Slide 27 - Quiz

Hoe kom jij aan geld om iets te kopen?

Slide 28 - Open question

Aan de slag met de opdrachten
Hoofdstuk 1: Economie is meer dan geld!
Paragraaf 1. 1 Wat is economie
Opdracht 15 t/m 18 
rekenopdrachten blz.34


Lees goed de theorie (blauwe blokken) en de vragen voordat je antwoord geeft.

timer
5:00

Slide 29 - Slide