Lj3 - Theme 5 - deel 2

THEME 5 - DOWN UNDER
Deel 2
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

THEME 5 - DOWN UNDER
Deel 2

Slide 1 - Slide

Wat weten we nog?

Slide 2 - Slide


Geef aan welke tijdsvorm je gebruikt in het volgende geval: bij feiten, gewoonten en regelmatige gebeurtenissen





A
tegenwoordige tijd
B
duurvorm tegenwoordige tijd
C
toekomende tijd (be going to)

Slide 3 - Quiz


Wat gebruik je als je iets wilt aanbieden, bij een belofte of een aankondiging?
A
tegenwoordige tijd
B
duurvorm tegenwoordige tijd
C
toekomende tijd (will)

Slide 4 - Quiz


Wat gebruik je als iets op dat moment aan de gang is.
A
tegenwoordige tijd
B
duurvorm tegenwoordige tijd
C
toekomende tijd (be going to)

Slide 5 - Quiz


Wat gebruik je als je een afspraak wilt maken en de tijd en de plaats staat vast.
A
tegenwoordige tijd
B
duurvorm tegenwoordige tijd
C
toekomende tijd (be going to)
D
toekomende tijd (will)

Slide 6 - Quiz


Wat is juist?
I ......................... with dolphins this summer.
A
swim
B
am going to swim

Slide 7 - Quiz

Wat is juist?
I......................you with your homework, I promise.
A
am helping
B
will help

Slide 8 - Quiz

Wat is juist?
I .................... my homework every day.
A
do
B
am doing

Slide 9 - Quiz

Wat is juist en waarom?
They visit / are visiting Sydney next weekend.

Slide 10 - Open question

Wat is juist en waarom?
Maybe we meet / will meet your favourite actor in Sydney.

Slide 11 - Open question

We gaan nu verder met een beetje uitleg

Slide 12 - Slide

Much or Many=veel

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

many
much

Slide 15 - Slide

Many
Veel


Gebruik je als je kunt
tellen

Many apples

Much
Veel


Gebruik je als je NIET kunt
tellen

Much love

Slide 16 - Slide

Few
weinig


Gebruik je bij:
Countable

Few apples

Little
weinig


Gebruik je bij:
Uncountable

Little love

Slide 17 - Slide

A few
een paar


Gebruik je bij:
Countable

A few apples

A little
een beetje


Gebruik je bij:
Uncountable

A little love

Slide 18 - Slide

A lot of / lots of




=
Veel

Mag je bij countable & uncountable gebruiken!

Slide 19 - Slide



meervoud zonder s                 versus               meervoud met  s
love                                                                              apples
water                                                                           flowers
money                                                                        dollars
Als je kunt tellen staat er in het meervoud een s
Dus! Als er een s staat is het telbaar

Slide 20 - Slide

Let's practise

Slide 21 - Slide

Het thuiswerk voor deze week is:
maken Theme 5 onderdeel I + J + K
(via som en leermiddelen)

Slide 22 - Slide