Sterke werkwoorden met e/i- Wechsel: ich spreche - du sprichst-> geb.wijs enk wordt-> sprich! Let op: sterke werkwoordne met a geen ä : Fahre nach Hause.
Slide 4 - Slide
Gebiedende wijs -mv
Voor deze vorm gebruik je de -IHR vorm
-Sprecht Kinder!
-atmet! (adem!)
(ihr vorm is stam plus -t )
Slide 5 - Slide
Beleefdheidsvorm
Dit is de -u vorm.
Hele werkwoord+ Sie
Dus:
Schlafen Sie,
Atmen Sie, Herr Aan het Rot
Slide 6 - Slide
samengevat
e.v= stam du vorm minus st (Let op! +e bij stam op d/t, m/n)