1gt Werkwoordspelling verleden tijd

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 1

Werkwijze

Een aantal lessen instructie & oefenen. 

Formatieve toets werkwoordspelling. 

Dit komt ieder hoofdstuk terug

Leerdoelen

Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed vervoegen. 

Ik kan werkwoorden in de verleden tijd goed vervoegen. 

Ik kan voltooide deelwoorden correct vervoegen. 

Het (worden) hier erg heet.
verleden tijd

1. werd
2. wert
3. werdt

(vinden) jij deze trui mooi?
Verleden tijd

1. Vindde
2. Vinde
3. Vond
4. Vondt

Ik (antwoorden) op de vraag van de docent. (verleden tijd)

1. beantwoorde
2. beantwoordde
3. beantwoorden
4. beantwoordden

Verleden tijd:

1. Kijk naar het onderwerp

2. Is het een klankveranderend of klankvast werkwoord. 

3. Maak het werkwoord langer of gebruik het Kofschip

4. Voeg dan -te(n) of -de(n) toe aan de ik-vorm

Klankveranderend werkwoord

liegen :       Ik loog                  Wij logen

kijken :        Ik keek                 Wij keken

In de verleden tijd gebruik je nooit dt. 

Klankvast werkwoord

spelen :               Ik speelde                     Wij speelden

rennen :              Ik rende                          Wij renden

verspreiden :    Ik verspreidde             Wij verspreidden

knippen :            Ik knipte                          Wij knipten

fietsen :               Ik fietste                          Wij fietsten 

In de verleden tijd gebruik je nooit dt. 

Verleden tijd

Scan de qr-code en maak de oefening 2. 

Hoeveel vragen had je goed?
Namen staan uit ;)

Formatieve toets