Spreekwoorden en gezegdes

Spreekwoorden en gezegdes
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1-4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Spreekwoorden en gezegdes

Slide 1 - Slide

Wat is de betekenis van de onderstaande spreekwoorden?
de daad bij het woord voegen
Na regen komt zonneschijn 
Spreken is zilver, zwijgen is goud.
Je kunt soms beter je mond houden dan je mening geven.
niet praten maar doen 
Na iets vervelends komt iets leuks 

Slide 2 - Drag question

                   Sleep het spreekwoord/gezegde naar de juiste betekenis
timer
0:45
diep raken
het goed hebben
veel geld betalen
iets met nadruk zeggen
diep in de buidel tasten
het gaat ons voor de wind
iemand iets op het hart drukken
het gaat door merg en been

Slide 3 - Drag question

                   Sleep het spreekwoord/gezegde naar de juiste betekenis
timer
0:45
bewerkt/veranderd worden
iets afwijzen
iets achter de hand houden
iets niet uitstellen
Iets in petto hebben
Iets van tafel vegen
Er geen gras over laten groeien
Op de schop gaan

Slide 4 - Drag question

Jeroen knoopt het in zijn ....
Bodil kijkt de ....  uit de boom.
Amin praat zijn mond ....
Bart doet ...lief
Alex staat ...... aap.
Carla loopt ....... haar schoenen.
Tinus is .... over zijn oren verliefd.
Zet de juiste betekenis achter de spreekwoorden
poes
kat
voor
naast
oren
tot
voorbij 

Slide 5 - Drag question

Oude koeien ..
Blaffende honden ..
Een kat ..
De hond ..
Spreekwoorden met dieren, maak ze compleet:
in de pot vinden.
uit de sloot halen.
in de zak kopen.
bijten niet.

Slide 6 - Drag question

Spreekwoorden, slepen maar!
er geen doekjes om winden
de volle laag krijgen
met de pet naar iets gooien
niet helemaal je best doen
hem werd van alles en nog wat verweten, hij kreeg van alles de schuld
de waarheid zeggen, hoe onprettig die ook is

Slide 7 - Drag question

Sleep de juiste betekenis naar het spreekwoord
Nog veel voor de boeg hebben
De boot missen
Schoon schip maken
Overstag gaan
Het zal zo’n vaart niet lopen
Onder zeil gaan
Alle zeilen bijzetten
De beste stuurlui staan aan wal
Opnieuw beginnen
Gaan slapen
Het valt wel mee
Een buitenstaander weet het altijd beter
Nog veel te doen hebben
Je uiterste best doen
Toegeven
Te laat komen

Slide 8 - Drag question

Bergen kunnen verzetten.
Ergens werk van maken.
Half werk leveren.
Je steentje bijdragen.
Je beste beentje voorzetten.
Werken als een paard.
Er is werk aan de winkel.
Zet de juiste betekenis achter de spreekwoorden
Ergens aan meewerken.
Actie ondernemen.
Ergens heel erg je best voor doen.
Heel hard werken.
Heel veel werk aankunnen.
Dat je aan de slag moet gaan.
Niet goed je best doen.

Slide 9 - Drag question

Sleep de juiste betekenis naar het spreekwoord
De beste stuurlui staan aan wal
De boot afhouden
Er is geen land met hem te bezeilen
Een oogje in het zeil houden
Zijn schepen achter zich verbranden
Aan lager wal raken
Je moet een beetje schipperen
Uit de boot vallen
Niet direct ‘ja’ zeggen
Niet meer mee willen of kunnen doen
Niet meer terug kunnen
In slechte omstandigheden komen
Je moet wat geven en nemen
Een buitenstaander weet het altijd beter
Er is niets met hem te beginnen
Toezicht houden

Slide 10 - Drag question

Sleep de juiste betekenis naar het spreekwoord
Er als de kippen bij zijn
Dat is het hele eieren eten
Dat zal hem geen windeieren leggen
Eieren voor je geld kiezen
Met de kippen op stok gaan
Van een kale kip kun je niet plukken
Vroeg naar bed gaan
Niks kunnen halen bij iemand die niks heeft
Ergens snel bij zijn
Zo simpel is het
Met minder tevreden zijn
Ergens veel mee verdienen

Slide 11 - Drag question