Ontwikkeling periode 1 les 3

Terugkoppeling vorige week

 Wat weet jij nog van:

het consultatiebureau
doorbraakpijn
groeispurt
groeicurves


- Check eindopdracht
1 / 20
next
Slide 1: Slide
didactiekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Terugkoppeling vorige week

 Wat weet jij nog van:

het consultatiebureau
doorbraakpijn
groeispurt
groeicurves


- Check eindopdracht

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugkoppeling vorige week

- Check eindopdracht

Ik kom langs en wil even zien wat je hebt gemaakt.
ondertussen lezen jullie par 3.2 
Je hebt hier 10 minuten voor. 

Slide 2 - Slide

Classroomtimer inzetten.

Motorische ontwikkeling van baby tot peuter
paragraaf 3.2 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
- De student weet hoe de motorische ontwikkeling van de baby en de peuter verloopt.
- De student weet volgens welke richting de motorische ontwikkeling verloopt: van boven naar beneden / van dichtbij naar veraf/ van grof naar fijn.
- De student weet hoe een baby van liggen naar staan komt.
- De student weet wat het verschil is tussen de grove en fijne motoriek en kan hier voorbeelden bij geven.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent motoriek?
A
De manier waarop je leert
B
De manier waarop je je kunt bewegen
C
De manier waarop je ontwikkelt

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Waar denk je aan bij de fijne en de grove motoriek?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

In het kort
- Motorische ontwikkeling: Het leren van steeds complexere bewegingen maken
- Grove motoriek: lopen, klimmen, gooien
- Fijne motoriek: vasthouden, grijpen

- Van boven naar beneden
- Van dichtbij naar veraf
- Van grof naar fijn


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

0 - 1 jaar
Prikkels in de omgeving zorgen voor een reactie van de zenuw en hersenen waardoor een beweging ontstaat

Eerst uit reflexen zoals:
Grijpreflex, zoekreflex, zuigreflex

Daarna bewegingen door zintuigen:
Zien, voelen, horen, ruiken, proeven




Slide 9 - Slide

This item has no instructions

0 - 1 jaar
De motorische ontwikkeling in grote lijnen:
- Rugligging - 1e half jaar
- Buikligging - 1e half jaar
- Zittend: 6 tot 8 maanden
- Staand: 8 á 9 maanden optrekken tot staand
- Eerste stapjes: 11 á 12 maanden

Schuttershouding: Kind dat met 1 knie op de grond steunt terwijl het andere been op de voet al strekkend steunt
Tijgeren/robben: Buikschuiven - 8 á 10 maanden loopt over in kruipen
Billenschuivers: Op de billen naar voren schuiven



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Actief ontdekken 1 - 2 jaar
- Exploratiedrang: Dreumes die al lopend continu op onderzoek uitgaat
- Grove motoriek dreumes:
Bal gooien, schoppen, toren bouwen, spelen met o.a. water
- Loopfiets komt in beeld


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

2 - 4 jaar
- Grove motoriek loopt voor op fijne motoriek
- Grove motoriek: 
Op tenen staan, driewieler trappen, hinkelen en rennen
- Fijne motoriek:
Cirkel/vierkant tekenen, kralen rijgen, vrij knippen en eten zonder te morsen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent zindelijk worden?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

2 - 4 jaar
Zindelijk worden:
Beheersing over het lichaam en begrijpen wat je moet doen wanneer je aandrang voelt

Een peuter kan pas zindelijk worden wanneer de sluitspier onder controle is
- Oefenen op een potje
- Positieve stimulering en motivering ouder/verzorger
- Eerst overdag tegen 4 jaar ook 's nachts

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je nog?
https://wheelofnames.com/nl/

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Eindopdracht:

In de periode van 2- 4 jaar gebeurt er veel in een kinderleven wat motoriek betreft. De begrippen grove en fijne motoriek komen nu ter sprake (blz.64)

Werk de begrippen fijne en grove motoriek uit door middel van een mindmap, een collage of een instructiefilmpje. 
Wanneer je kiest voor een mindmap zorg er dan voor dat er ook beeldend materiaal bij toegevoegd is. 
            

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
schrijf op:

1. in welke week werd deze opdracht gegeven en over welke paragraaf gaat het?
2.  wat vind jij interessant van deze les.
3.  Wat heb je deze les geleerd?
4. Wat kun je er mee in de praktijk?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

huiswerk
lees  paragraaf 3.3

neem mee: kleurpotloden, of stiften, schaar.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions