N: T5 Verbos reflexivos 1 02/05 y 06

1 / 23
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Objetivos (leerdoelen)
Al finalizar la clase podré...
 Aan het einde van de les, Ik...
  • Identificar preguntas en español/ Identificeer vragen in het Spaans
  • Responder preguntas personales sobre la rutina diaria/ Beantwoord persoonlijke vragen over de dagelijkse routine
  • Entrevistar a un compañero/ Interview een klasgenoot

Slide 3 - Slide

Les inhoud
Filmpje
opdracht 1: klokkijken 
opdracht 2: rooster tijd aflezen
Luistervaardigheid: 10 liedjes fragmenten
Quiz

Hoy
  1. Revisión de la tarea Huiswerk nakijken
  2. Repaso del contenido
     Inhuid beoordeling
3. Práctica guiada  
     Begeleide oefening
4. Práctica independente
    Onafhankelijke oefening
5. Evaluación 
    formatieve beoordeling

Slide 4 - Slide

REVISIÓN
Folleto de español 
p. 42

Slide 5 - Slide

e --> ie
Camila y Kim ___________ (empezar)* las clases a las ocho de la mañana.

Slide 6 - Open question

o --> ue
Adam ___________ (dormir)* temprano.

Slide 7 - Open question

e --> i
Esther y Raúl ___________ (pedir)* un zumo de naranja.

Slide 8 - Open question

u --> ue
Yo ___________ (jugar)* tenis.

Slide 9 - Open question

PREGUNTAS EN ESPAÑOL

Slide 10 - Slide

Escoge la traducción correcta:
Hoe laat word je wakker?
A
¿A qué hora te despiertas?
B
¿Qué hora te levantas?
C
¿Qué hora es?
D
¿Cuándo desayunas?

Slide 11 - Quiz

Escoge la traducción correcta:
Wat doe je na het avondeten?
A
¿Qué haces antes de cenar?
B
¿Cuándo cenas?
C
¿Qué haces después de almorzar?
D
¿Qué haces después de cenar?

Slide 12 - Quiz

Escoge la traducción correcta:
Wat doe je in de ochtend?
A
¿Cuándo vas al colegio?
B
¿Qué haces por la mañana?
C
¿Qué haces después del desayuno?
D
¿Dónde estás por las mañanas?

Slide 13 - Quiz

Escoge la traducción correcta:
Wat doe je graag in je vrije tijd?
A
¿Qué haces por las tardes?
B
¿Cuándo juegas los fines de semana?
C
¿Qué te gusta hacer en tu tiempo libre?
D
¿Qué deportes te gustan ?

Slide 14 - Quiz

Responde la pregunta:
Hoe laat word je wakker?

Slide 15 - Open question

Responde la pregunta:
Wat doe je na het avondeten?

Slide 16 - Open question

Responde la pregunta:
Wat doe je in de ochtend?

Slide 17 - Open question

Responde la pregunta:
Wat doe je graag in je vrije tijd?

Slide 18 - Open question

Entrevista
1. Lees de instructies op p. 43
2. Schrijf 6 vragen.
3. Interview een klasgenoot.
4. Oefen met de vragen en antwoorden.
5. Als je er klaar voor bent, presenteer het dan aan mij.

Slide 19 - Slide


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 1: Identificar preguntas en español/ Identificeer vragen in het Spaans
110

Slide 20 - Poll


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 2: 
Responder preguntas personales sobre la rutina diaria/ Beantwoord persoonlijke vragen over de dagelijkse routine

110

Slide 21 - Poll


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 3: 
Entrevistar a un compañero/ Interview een klasgenoot

110

Slide 22 - Poll

N: T5 Verbos reflexivos 1

Slide 23 - Slide