H2 - Lección 7 P3 - HGA (22-03-2022)

Bienvenidos
Lección 7 P3
Havo 2
Sra. Hoogland
¿Qué día y qué fecha es hoy?
1 / 20
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenidos
Lección 7 P3
Havo 2
Sra. Hoogland
¿Qué día y qué fecha es hoy?

Slide 1 - Slide

Programa de hoy
  • Frases clave 3, gesprek 3. (15 min)
  • Checken/verbeteren conversaciones ( 5min)
  • Los colores (10 min)
  • Vocabulario 5.4 (10 min)
  • Los números (15 min)
  • Quizje (15 min)

Slide 2 - Slide

herhaling: UITLEG TAALDORP

H2c+d: Wanneer? > na de toetsweek

  1. Je hebt een winkel en richt deze als groepje in met 5-8 artikelen die je meeneemt naar school (groepjes worden samengesteld in de volgende les).
  2. Zorg dat je weet hoe de artikelen heten in het Spaans.
  3. Je bereidt 5 winkelgesprekken voor (in je vocabulario). 
  4. Je moet in staat zijn beide rollen te spelen: koper en verkoper.
  5. Bij het taaldorp ben je verkoper in je eigen winkel, maar je gaat ook winkelen bij anderen

Bekijk de voorbeeldgesprekken: TB p. 71 en p. 75 (cómic)



Slide 3 - Slide

Groepsindeling winkeltjes
  1. La librería / videojuegos: 4 leerlingen
  2. La tienda de deportes : 4 leerlingen
  3. La tienda de regalos: 4 leerlingen
  4. La tienda de ropa: 4 leerlingen
  5. La tienda de deportes/ropa: 4 leerlingen
  6. La zapatería: 3 leerlingen
  7. La papelería: 3 leerlingen

Denk vast na over de groepjes en de winkel die jullie met je groepje willen inrichten.
Eind van de les vullen we het overzicht in. > Zie het bestand in classroom

Slide 4 - Slide

INFO toets hoofdstuk 5, NA tw
Leerstof: Toets Hoofdstuk 5
  • Vocabulario: 5.1 t/m 5.5 in beide richtingen
  • Frases clave: p. 6-9 in beide richtingen
  • Grammatica: 
       - Samengestelde woorden nr. 14 (ALLEEN SP-NL)
       - Vraagwoorden nr. 18 (ALLEEN SP-NL)
       - Bijv nmw + kleuren nr. 10ab + 12
      - Aanw voornaamwoord nr. 9
      - Grote getallen actief t/m 100, passief alles (TB p.97)
      - Hay ser estar nr. 29 + 30
      - Werkwoorden ser tener llamarse + regelm ww presente nr. 25, 26, 28, 35, (oefeningen staan in vocab., evt toevoegen aan het            huiswerk)
De toets bevat ook een luisteropdracht en een leesopdracht.

Slide 5 - Slide

Deberes
OF: leren: toets hoofdstuk 5
Leerstof Toets:
  • Vocabulario : 5.1, 5.2, 5.3, 5.4, 5.5 in beide richtingen
  • Frases clave: p. 6-9 in beide richtingen
  • Gramm:
     - samengestelde woorden nr. 14 (alleen NL-SP)
     - vraagwoorden nr. 18 (alleen NL-SP)
     - bijv nmw + kleuren nr. 10ab + 12
     - aanw voornaamwoord nr. 9
     - grote getallen actief t/m 100, passief alles (TB p.97)
     - hay ser estar nr. 29 + 30
     - werkwoorden ser tener llamarse + regelm ww           
        presente nr. 25, 26, 28, 35, (oefeningen staan in vocab.,          evt toevoegen aan het huiswerk)

OF: voorbereiden Taaldorp winkelen
Je hebt een winkel en richt deze als groepje
  • Zorg dat je weet hoe de artikelen heten in het Spaans.
  • Je bereidt 5 winkelgesprekken voor (in je vocabulario). 

DUS: Bekijk EN MAAK: de voorbeeldgesprekken: VOC. p. 23-27. Dit zijn DE gesprekjes die je moet kunnen voeren op de mondeling.

Slide 6 - Slide

Voorbereiding op taaldorp
Controleren van alle CONVERSATIES in je vocaboekje

Slide 7 - Slide

Conversación 1 p.23: en la tienda de ropa
  1. Hola
  2. ¿Tenéis gorras?      - Sí, tenemos gorras.
  3. ¿Cuánto cuestan?    -    Son siete con cincuenta.
  4. ¿Hay también gorras en rojo?   -     Sí, claro.
  5. ¿Y un poco más grande?   -    Sí, también tenemos la talla XL.
  6. Me gustaría pagar con tarjeta. 
  7. Gracias.
  8. Adiós.

¡OJO! Er zijn meerdere manieren om dit te zeggen. Vraag de docente of jouw zin klopt.

Slide 8 - Slide

Conversación 2. p. 24: En la librería
  1. Buenos días
  2. ¿Vende usted comics?  - Sí, vendo comics.
  3. Me gusta Súper López. ¿Tiene esto?  - No tengo Súper López.
  4. ¿Tiene también videojuegos?  - Sí, tengo videojuegos.
  5. ¿Cuánto cuestan?     - Cuestan cinco con veinte euros (€5,20)
  6. Es demasiado caro, lo siento.
  7. ¿Hasta qué hora estáis abiertos? 
  8. Gracias, hasta luego.
¡OJO! Er zijn meerdere manieren om dit te zeggen. Vraag de docente of jouw zin klopt.

Slide 9 - Slide

Conversación 3 p. 25: en la tienda de regalos
  1. Buenos días / Buenas tardes / Hola.
  2. ¿Hay regalos para niños?
  3. ¿Es para un niño/chico o para una niña/chica?
  4. Busco algo para una niña/chica.
  5. Tenemos juegos, libros y relojes.
  6. El juego me gusta. Lo compro. / Compro el juego.
  7. Pago en metálico. / Pago al contado.
  8. Gracias, hasta luego.

¡OJO! Er zijn meerdere manieren om dit te zeggen. Vraag de docente of jouw zin klopt.

Slide 10 - Slide

Conversación 4 p. 26 En la tienda de deportes
1. Buenas tardes
2. ¿Cuánto valen las zapatillas de deporte?
      - Estas zapatillas valen setenta y tres euros con cincuenta.
3. Uf, qué caros, es demasiado. 
4. ¿Y esos calcetines de fútbol?
      - Cuestan ocho euros.
5. ¿Tienen los calcetines en la talla cuarenta, en rojo?
      - Sí, claro. 
6. ¿Puedo pagar con tarjeta? 
      - Está bien, no hay problema.
7. Muchas gracias, hasta luego.
¡OJO! Er zijn meerdere manieren om dit te zeggen. Vraag de docente of jouw zin klopt.

Slide 11 - Slide

Conversación 5 p. 27 En la zapatería
1. Hola, buenas tardes.
2. ¿Dónde están las botas?
       - Las botas están al fondo.
3. Me gustan las botas marrones.
4. ¿Cuánto valen? / ¿Cuánto cuestan?
       - Cuestan ochenta y cinco euros.
5. No son caras. / No es caro.
6. Las compro. / Compro las botas marrones. / Me las llevo.
7. Pago en metálico. / Pago al contado.
8. Adiós, hasta luego.

¡OJO! Er zijn meerdere manieren om dit te zeggen. Vraag de docente of jouw zin klopt.

Slide 12 - Slide

Los colores
We kijken een video en daarna doen we een activiteit

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

¡A JUGAR!
We gaan kleurbingo spelen. Iedereen gaat staan. Je docent noemt steeds een kleur in het Spaans. Kijk of je iets in de genoemde kleur bij je hebt (bijv. in je etui). Heb je dat niet, dan ga je zitten. Degene die als laatste blijft staan, wint!
¿CONCÉIS LOS COLORES?
https://www.profedeele.es/actividad/vocabulario/los-colores/

actividad de introducción

o la dos el bingo de los colores

Slide 15 - Slide

Los números
1) bestuderen grote getallen TB p.97 
2) maak op volgende pagina: 
    - actividad 1 (lijst 0-99),
    - actividad 2 números de teléfono (luisteren en aangeven),            - actividad 3 (decir y grabar 0-99)
Snel klaar? Maak ook de andere opdrachten!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

¿Tiempo extra? Frases clave 3, p. 8. (15 min)
Kettinggesprek
De docente stelt de eerste vraag aan een leerling, die geeft antwoord en stelt de volgende vraag aan een andere leerling in de klas
LEES DUS ALTIJD MEE

Slide 18 - Slide

Hoe ga je de toets voorbereiden?

Slide 19 - Open question

Los deberes
Leren voor toets hoofdstuk 5

En voorbereiden Taaldorp winkelen

Slide 20 - Slide