§3.Mengsels scheiden

§3.1 Soorten mengsels
Hoofdstuk 3 Mengsels scheiden
1 / 40
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

§3.1 Soorten mengsels
Hoofdstuk 3 Mengsels scheiden

Slide 1 - Slide

Doelen
Aan het einde van de les kan ik:
  • homogene en heterogene mengsels herkennen.
  • voorbeelden noemen bij de verschillende groepen mengsels.
  • het scheiden van mengsels beschrijven met behulp van het deeltjesmodel. 
  • uitleggen dat je gebruikmaakt van verschillen in stofeigenschappen bij het scheiden van mengsels. 
Hoofdstuk 3 Mengsels scheiden
§3.1 Soorten mengsels

Slide 2 - Slide

Wat is een stofeigenschap?

Slide 3 - Open question

Welke (drie) soorten mengsels ken je?

Slide 4 - Open question

Vloeibare mengsels kunnen wij onderverdelen in twee categorieën:  
  1. Homogenen mengsels
  2. Hetrogene mengsels 
Soorten mengsels

Slide 5 - Slide

Hetrogene mengse


Een emulsie is een vloeistof waarin 
druppeltjes van een andere vloeistof zweven.
Hetrogene mengsels
Een suspensie is een vloeistof waarin kleine brokjes van een vaste stof zweven. 

Slide 6 - Slide

Rook, nevel en schuim
  • Rook is een mengsel van een gas met een vaste stof
  • Nevel is een mengsel van een gas waar fijne vloeistofdeeltjes in zweven.
  • Schuim is een mengsel van gasbellen die zijn omgeven door een vaste stof of vloeistof. 
Andere soorten mengsels

Slide 7 - Slide

Homogene mengsels
Een voorbeeld van een homogeen mengsel is een oplossing. 

Een oplossing is een vaste stof, 
een vloeistof of een gas gemengd
met een vloeistof. 

Slide 8 - Slide

Mengsels scheiden
Als je de zuivere stoffen uit mengsels wilt halen, moet je op zoek naar verschillen in stofeigenschappen tussen die gemengde stoffen. 







Hoofdstuk 3 Mengsels scheiden
§3.1 Soorten mengsels

Slide 9 - Slide

Welke mengsel is hetrogeen?
A
kraanwater
B
lucht
C
mayonaise
D
sigarettenrook

Slide 10 - Quiz

Mengsels scheiden= sorteren
  • Een mengsel bevat meerdere molecuulsoorten
  • heeft dus ook een smelt- en kooktraject (h1)
  • bij scheiden van mengsels maak je gebruik van stofeigenschappen om de deeltjes te sorteren
  • elke scheidingsmethode berust op een andere stofeigenschap

Slide 11 - Slide

Hoeveel doelen beheers jij?
04

Slide 12 - Poll

Samenvatting 

Slide 13 - Slide

3.2 Samenstelling en Concetratie

Slide 14 - Slide

Welk van de volgende uitspraken over een mengsel is/zijn waar?
A
Een mengsel bestaat uit een soort molecuul
B
Een mengsel bestaat uit twee of meer soorten moleculen
C
Een mengsel heeft een kookpunt
D
Een mengsel heeft een kooktraject

Slide 15 - Quiz

concentratie berekenen
  • de concentratie is altijd een deel van de stof vergeleken met het geheel


  • of 
  • altijd in (m)g/L of afgeleide eenheden daarvan
concentratie=hoeveelheidmengselhoeveelheid(opgeloste)stof
concentratie=geheeldeel

Slide 16 - Slide

percentage = altijd in procenten
  • percentage lijkt veel op de concentratie, alleen reken je om naar procenten
  •                                                               %
  • volumepercentage (bij vloeistof in vloeistof mengsel) en massapercentage (bij vaste stoffen)
  •  je antwoord kan nooit > 100% zijn      
percentage=geheel(deel)100

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

concentratie berekenen
  • de concentratie is altijd een deel van de stof vergeleken met het geheel


  • of concentratie = deel/geheel
  • altijd in (m)g/L of afgeleide eeenheden daarvan
concentratie=hoeveelheidmengselhoeveelheid(opgeloste)stof

Slide 19 - Slide

begrippen en formules die je moet kennen
  1.  concentratie gebruik de formule en vul hem met juiste eenheden in:
                                                            dus bv in  mg/L of g/kg

  2. volume percentage en massa percentage:  gebruik de algemene formule en vul op de juiste plaats alles in je antwoord kan nooit > 100% zijn                                                                            %                                                                                  

  3.   
percentage=geheel(deel)100
concentratie=geheel(deel)

Slide 20 - Slide

percentage = altijd in procenten
  • het percentage lijkt veel op de concentratie, alleen bereken je nu hoeveel procent iets is ten opzichte van het geheel
  •                                                %
percentage=geheel(deel)100

Slide 21 - Slide

Gehalte en concentratie

Gehalte en concentratie is eigenlijk hetzelfde. 

De hoeveelheid stof in een mengsel. 

Slide 22 - Slide

Percentage berekenen
Het massa% of volume% bereken je door:


percentage=hoeveelheidmengselhoeveelheid(opgeloste)stofx100

Slide 23 - Slide

Is dit een scheiding?
3.3-3.5 Scheidingsmethoden

Slide 24 - Slide

Leerdoelen
scheidingsmethoden o.b.v.
oplosbaarheid
deeltjesgrootte
kookpunt
aanhechtingsvermogen

onvolledige scheiding

Slide 25 - Slide

Filmpje scheidingsmethoden
In het filmpje worden verschillende scheidingsmethoden genoemd. Schrijf deze op.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Scheidingsmethoden

Slide 28 - Mind map

Filtreren 
  • Scheiden van vaste stof uit vloeistof (suspensie)
  • Scheiden op basis van deeltjesgrootte
  • Voorbeeld: zand uit slootwater 

Slide 29 - Slide

Bezinken en afschenken
  • Scheiden van vaste stof uit vloeistof (suspensie)
  • Scheiden op basis van dichtheid
  • Voorbeeld: theeblaadjes uit thee
  • Nadeel: het duurt vrij lang. Soms is 
filtreren of centrifugeren sneller. 

Slide 30 - Slide

Centrifugeren
  • Scheiden van vaste stof uit vloeistof (suspensie) of emulsies
  • Scheiden op basis van dichtheid
  • Voorbeeld: bloedmonsters 

Slide 31 - Slide

Indampen
  • Scheiden van opgeloste stof uit oplosmiddel
  • Scheiden op basis van kookpunt: 1 stof verdampt veel eerder.
  • Voorbeeld: zout uit zeewater

Slide 32 - Slide

Destilleren
  • Scheiden van homogene vloeistofmengsels
  • Scheiden op basis van kookpunt: 1 stof verdampt veel eerder.
  • Voorbeeld: alcohol en water uit wijn

Slide 33 - Slide

Extraheren
  • Scheiden van mengsels van vaste stoffen
  • Scheiden op basis van oplosbaarheid: sommige stoffen lossen op, andere stoffen niet
  • Voorbeeld: koffie/thee zetten (kleur-, 
smaak-, geurstoffen lossen op, drap niet)

Slide 34 - Slide

Adsorberen
  • Scheiden van kleine opgeloste stoffen uit oplosmiddel
  • Scheiden op basis van hechting
  • Voorbeeld: kleurstof uit wijn

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Van welke scheidingsmethode(n) maken we gebruik bij het zetten van koffie?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Extraheren
D
Extraheren & filtreren

Slide 38 - Quiz

Thee zetten:
Welke scheidingsmethoden zijn dit?
A
Indampen-filtreren
B
Droogkoken-extraheren
C
Extraheren-indampen
D
Extraheren-filtreren

Slide 39 - Quiz

Hoe de blaadjes verwijderen?

Slide 40 - Slide