Ademhalingsstelsel

Ademhalingsstelsel

"What oxygen is to the lungs, such is hope
to the meaning of life"

- Emil Brunner
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AnatomieFysiologieBeroepsopleiding

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Ademhalingsstelsel

"What oxygen is to the lungs, such is hope
to the meaning of life"

- Emil Brunner

Slide 1 - Slide

Wat is de Latijnse naam van het ademhalingsstelsel?
A
Tr. Circulatorius
B
Tr. Asmaticus
C
Tr. Respiratorius
D
Tr. Inspiratorius

Slide 2 - Quiz

Fysiologische ademhaling

  1. Zuurstof uit de longlucht opnemen in het bloed
  2. Zuurstof in de cellen opnemen om energie vrij te maken. Hier ontstaat CO2.
  3. Koolstofdioxide uit het bloed aan de longlucht afgeven

Slide 3 - Slide

Ventileren
Het verversen van de long lucht. Zuurstof in en Koolstofdioxide uit.

Dit is in de fysiologie GEEN ademhaling
Ademhaling
Uitwendige ademhaling: De bloedsomloop neemt Zuurstof op uit de longlucht en geeft Koolstofdioxide af aan de long lucht..

middels ventilatie blaast het lichaam de "oude" lucht naar buiten en haalt het "verse" lucht weer naar binnen
Ademhaling
Inwendige ademhaling: De bloedsomloop geeft Zuurstof aan de cellen en neemt Koolstofdioxide op uit de cellen

middels de bloedsomloop wordt de Koolstofdioxide naar de longen vervoert voor de uitwendige ademhaling

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Middels welk (passief) proces verplaatst zuurstof en koolstofdioxide zich van longen naar bloed?
A
Bloeddruk
B
Osmose
C
Diffusie
D
Colloid Osmotische Druk

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Oropharynx
Pharynx
Larynx
Alveoili
Bronchioli
Bronchien
Trachea
Nasopharynx

Slide 8 - Drag question

Wat zijn de voordelen
van
Neusademhaling

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Ventraal
Dorsaal
Adamsappel
Beschermend kraakbeen (punt van schildklier kraakbeen) hier achter zitten de stembanden. De stembanden van mannen zijn langer waardoor de "adamsappel" verder naar voren komt
Kraakbeen
Hoefijzer vormige kraakbeen ringen houden de luchtpijp open en laten aan de dorsale zijde ruimte voor de slokdarm
Trachea
  • Ongeveer 11 cm lang
  • Ventraal van slokdarm
  • Trilhaar epitheel
  • Splitsing TH 4 / TH 5
Splitsing
  • Links naar twee longkwabben
  • Rechts naar drie longkwabben

Slide 11 - Slide

Dode Ruimten
  1. Anatomische dode ruimte
  2. Alveolaire dode ruimte
  3. Fysiologische dode ruimte

Slide 12 - Slide

Long top
Long basis

Slide 13 - Slide

Welke dode ruimte kan veranderen?

Slide 14 - Open question

Diffusie
  1. Ventilatie
  2. Perfusie
  • Gevuld met 400 miljoen alveoli
  • Totaal oppervlakte 150 m2
  • Adem oppervlakte 90 m2

Slide 15 - Slide

Gaswisseling

Slide 16 - Slide

2

Slide 17 - Video

00:33
Hoe noemen we het middenrif nog meer?
A
Scaleni
B
Diafragma
C
Respiratorius
D
Sternocleidomastoideus

Slide 18 - Quiz

01:48
Hoe heet het proces waarbij gassen door de haarvaten heen gaan

Slide 19 - Open question

Inspiratie & Expiratie
Long vliezen
  • Pleurabalden
  • Pleura visceralis --> vergroeid met de longen
  • Pleura parietalis --> Vergroeid met borstwand en diafragma
  • Hier tussen bevindt zich vocht waardoor er een cohesie kracht ontstaat

Slide 20 - Slide

Hulp inspiratie

  • Intercostali externi
  • Scaleni
  • Sternocleidomastoideus
  • Pectoralis Major
  • Serratus anterior

Hulp expiratie

  • Zwaartekracht
  • Elasticiteit longen

  • Intercostali interni
  • Mm. Abdomini
  • Latissimus dorsi
  • Quadratus Lumborum

Slide 21 - Slide

AV
Ademvolume: De hoeveelheid lucht die de longen in en uitgaat. In rust is dit ongeveer 500 ml
IRV
Inspiratoir Reserve Volume: Hoeveelheid lucht die na normale inademing nog extra kan worden ingeademd.  2 tot 4 liter
ERV
Experitoir Reserve Volume: Hoeveelheid lucht die na een normale uitademhaling nog extra uitgeademd kan worden. 1 tot 2 liter
VC
Vitale Capaciteit:

VC = AV + IRV + ERV
VC=AV+IRV+ERV
Residu
Hoeveelheid lucht die na een maximale uitademing nog in de longen achterblijft. Ongeveer 1,2 liter
Totaal
2,5 L
0,5 L
1,5 L
1,5 L
6,0 L
4,5 L

Slide 22 - Slide

IRV
ERV
VC
RV
AV
TL

Slide 23 - Drag question

Alveolaire ventilatie
  • Formule:

Alveolaire ventilatie
  • Elke ademtuig moet de anatomische dode ruimte over bruggen

  • Hoe hoger de ademfrequentie (Af) hoe lager de Alveoliare ventilatie
AMV=AfAv

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Wat is het effect van een snorkel op de alveolaire ventilatie?

Slide 26 - Open question

Wat willen we
nog weten?

Slide 27 - Mind map

Slide 28 - Link