3.1 Water in beweging

Par. 2: Water in beweging
Hoofdstuk 3
Water
3.1 Water in beweging
1 / 49
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Par. 2: Water in beweging
Hoofdstuk 3
Water
3.1 Water in beweging

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je weet hoe water verdeeld is over de aarde en hoe de waterkringloop werkt.
  • Je begrijpt waardoor er soms veel en soms weinig water beschikbaar is. 
  • Je kunt een grafiek van de waterbalans lezen en begrijpen.


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Waterkringloop
Sluit al je boeken.
Pak het witte blad voor jullie
Teken samen de waterkringloop zoals jij denkt dat deze is.

Tijd: 5 minuten
Hoe: samenwerken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Check waterkringloop

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Korte Waterkringloop
1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken
3) Water valt als neerslag terug in de zee


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Lange Waterkringloop
1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken
3) Water valt als neerslag (regen/sneeuw) boven land
4) Water komt in ijskappen, grondwater of meren terecht
5) Water stroomt langzaam (duizenden/miljoenen jaren) terug naar zee

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Damp
Bevriezen
Vloeibaar
Condenseren
Vast
Smelten
Verdampen

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

De waterkringloop begint door...
A
Rivieren
B
Gletsjers
C
Verdamping
D
De zon

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de korte waterkringloop?
A
Al het water dat van land naar zee stroomt
B
De waterkringloop op een berg
C
De waterkringloop boven zee
D
De waterkringloop in de wolken

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De overgang van vloeibaar water naar water in de vorm van gas, noemen we ...
A
Verdamping
B
Infiltratie
C
Condensatie
D
Destilleren

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

De spiegel in de badkamer beslaat, dit is een vorm van..
A
Destilleren
B
Infiltratie
C
Verdampen
D
Condenseren

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

1
2
3
4
5
6
7
De zon verwarmt de oceaan
Er ontstaan wolken
Er ontstaat neerslag 
Oceaanwater verdampt 
Water valt terug in de oceaan
Waterdamp koelt af
Waterdamp stijgt op

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Verschillende "omwegen" die het water maakt bij de lange kringloop van het water.
  • Via het oppervlaktewater
  • Infiltratie (via grondwater)
  • Opgeslagen in ijskappen op polen en in bergen.
  • Evapotranspiratie = Evaporatie + Transpiratie   Evaporatie = verdamping (oppervlaktewater) Transpiratie = Planten en bomen geven water via bladeren af aan de lucht. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oppervlaktewater: ''Water dat je kan zien, zoals meren, rivieren, sloten en zeeën.''

Grondwater: ''Water dat niet zichtbaar is omdat het in de grond en in gesteenten getrokken is.''


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Bekijk de afbeelding over de verdeling van het water.

Wat wordt met de 97,5% aangegeven?
A
grondwater
B
zoet water
C
zout water
D
water in meren

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Regenrivier: Regenwater voed de rivier.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Gemengde rivier: Regen en smeltwater (van sneeuw en ijs) voedt de rivier

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Gletsjerrivier: smeltwater van de gletsjer voedt de rivier

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

regiem- Schommelingen in de waterafvoer van een rivier tijdens het jaar.

1. Regenrivier (Maas)
  • Onregelmatig regiem
  • Laagste afvoer in de zomer
2. Gletsjerrivier:
  • Vrij regelmatig regiem
  • Laagste afvoer in winter
3. Gemengde rivier (Rijn)
  • Regelmatig regiem

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Water balans
Def; De hoeveelheid water die een gebied binnenkomt en uitgaat.

4 manieren hoe je aan water komt
- neerslag
- uit andere gebieden halen
- Uit fossiel water halen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Neerslag is oneerlijk verdeeld

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Nuttige neerslag
Def: Het verschil tussen neerslag en verdamping 

In warmere gebieden verdampt het water snel --> weinig nuttige neerslag.
In koudere gebieden verdampt het water minder snel --> veel nuttige neerslag


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent nuttige neerslag?
A
De hoeveelheid water die is er in een gebied
B
De hoeveelheid water die verdampt
C
Het verschil tussen de neerslag en de verdamping
D
De hoeveelheid water die beschikbaar is om te drinken

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Infiltratie
Water dat in de bodem zakt. 


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Midden-Oosten
Droog gebied maakt gebruik van fossiel water. Dit is goedkoper dan water importeren.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Het gebruiken van fossiel water is een voorbeeld van duurzaam waterbeheer.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Fossiel water in een aquifer kan vaak.....door de natuur weer snel worden aangevuld.
A
wel
B
niet

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Droogte
Betekenis: een lange periode waarin geen neerslag valt. 

3 criteria:
* Lange tijd geen neerslag
* minder water in rivieren en meren
* Onvoldoende vocht in de bodem voor planten om te groeien.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Schaarste
Water te kort wordt bepaald door de waterbalans

Het balans is in evenwicht als er evenveel (schoon) water binnenkomt als uitgaat. 
Er is een tekort als er te weinig (schoon) water binnenkomt. Of teveel water uitgaat.

Water komt binnen in de vorm van neerslag. Water gaat weg als wij het gebruiken, maar ook als er teveel verdampt!

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Video

This item has no instructions

Waar gebruik jij dagelijks water voor?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

Gebruik van water in een huishouden. Per dag verbruik je als volwassen persoon ongeveer 120 liter kraanwater. Een gemiddeld douchebeurt kost 70 liter water.

De vraag is, hoe komen we aan al dat water?
Tropisch regenwoud
Nederland
Himalaya
Stijgingsregen
Stuwingsregen
Frontale regen

Slide 36 - Drag question

This item has no instructions

Stijgingsneerslag
Door de warmte stijgt de warme lucht op.
Boven in koelt het af. De waterdamp in de lucht worden druppels gevolg: er valt regen

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Stuwingsregen
Vochtige lucht van zee waait tegen de bergen. 
De lucht wordt omhoog geduwd. De waterdamp koelt af en wordt druppels, het regent aan de ene kant van de berg (loefzijde) andere kant blijft droog (lijzijde).

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Frontale neerslag
Warme lucht uit het zuiden botst met koude lucht uit het noorden.
Warme lucht wordt omhoog geduwd, waterdamp koelt af. Gevolg: het gaat regenen.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Loefzijde
Lijzijde
Regenschaduw
Aanlandige wind

Slide 41 - Drag question

This item has no instructions

Herhaling

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Death Valley
Bij welke letter ligt Death Valley?
A of B.

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Ligt Death Valley aan de loef- of lijzijde?
A
Loefzijde
B
Lijzijde

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

*zoom in:

Slide 45 - Open question

This item has no instructions

Wat is de juiste volgorde van de waterkringloop?
A
Zon-condensatie-neerslag-verdamping
B
Zon-verdamping-afstroming-stuwingsregen
C
Zon-verdamping-condensatie-neerslag
D
Zon-condensatie-korte waterkringloop- lange waterkringloop

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions

verdampen
condenseren
grondwater
neerslag
zout water
zoet water
infiltreren
rivier

Slide 47 - Drag question

This item has no instructions

Warme en koude lucht botsen met elkaar
Warme lucht stijgt op. Daarboven koelt hij ook weer af. Door de afkoeling ontstaan druppels/regen 
De lucht wordt omhoog gestuwd, 
Door de afkoeling ontstaan druppels/regen 

Slide 48 - Drag question

This item has no instructions

Stijgingsneerslag
Frontale neerslag
Stuwingsneerslag

Slide 49 - Drag question

This item has no instructions