3 december 2020 Uitleg bron F - klokkijken

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

1A

Les devoirs

Huiswerk voor vandaag	Maken : opdrachten in LessonUp Leren : vocabulaire BE, grammaire C, persoonlijk voornaamwoord, être
Maken/leren voor de volgende les	In werkboek: ex. 17, 19abc, 20, 21, 22 In LessonUp : Filmpje bekijken + opdr maken (LU 2/12) Leren : vocabulaire BE - grammaire C
Huiswerk voor de rest van de week (mag je nu al maken)	Maken : ex. 17, 19abc, 20, 21, 22, 23, 24cd
Programme d'aujourd'hui	Werken aan huiswerkopdrachten Faire: Ex. 19de Corriger werkblad

Réponses werkblad

niveau

 I

niveau

 I & II

niveau

 I & II

niveau

 I & II

De antwoorden van niveau II en III komen op de volgende slide

niveau II

regarder	lire	écouter	dormir
manger	parler	boire	penser
étudier	danser	aimer	acheter

Exercice 1

niveau III

Il regarde	(Elle lit)	Elle écoute	(Elle dort)
Il mange	Il parle	(Elle boit)	Elle pense
Il étudie	Ils dansent	Ils aiment	Elle achète

Exercice 2

niveau III

Tussen haakjes hoef je niet te weten/goed te hebben :)

Heb je nog niet geleerd namelijk

Klaar met nakijken? Ga verder met je huiswerk: ex. 17, 19abc, 20, 21, 22

Ex. 19de

Devine le nombre pensé

Per groep schrijft 1 leerling een getal (0-20) op de achterkant van het bord

De rest v.d. leerlingen uit de groep steken hun vinger op. Als je de beurt krijgt mag je een getal (en français!) noemen.

Fout? --> zeg 'non'

Goed? --> zeg "oui" & de leerling die het heeft geraden mag naar voren

Les devoirs

Huiswerk voor vandaag	Maken : opdrachten in LessonUp Leren : vocabulaire BE, grammaire C, persoonlijk voornaamwoord, être
Maken/leren voor de volgende les	In werkboek: ex. 17, 19abc, 20, 21, 22 In LessonUp : Filmpje bekijken + opdr maken (LU 2/12) Leren : vocabulaire BE - grammaire C
Huiswerk voor de rest van de week (mag je nu al maken)	Maken : ex. 17, 19abc, 20, 21, 22, 23, 24cd
Programme d'aujourd'hui	Werken aan huiswerkopdrachten Faire: Ex. 19de Corriger werkblad

r

rr

• Samen kijken naar bron F

• Lees zelf bron F door
• Begin zelf aan de opdrachten die hier bij horen: ex. 24cd
• Dit gaan we zo nakijken

Klaar? 

Maken: 21, 22, 23, daarna verder werken in je WB of:

Leren: Vocabulaire ABE - grammaire C

Na deze les kun je...

• Vragen hoe laat het is in het Frans
  
• Vertellen hoe laat het is in het Frans (hele/halve uren & kwart voor/over)

Vragen hoe laat het is:

• Il est quelle heure?
  
• Quelle heure est-il?
  

Vertellen hoe laat het is - hele uren

Attention!

Il est dix heures.

Il est dix heures.

Il est sept heures.

Il est dix heures.

Il est sept heures.

Il est une heure.

Schrijf de tijden op in het Frans

Il est deux heures et quart.

Il est deux heures et quart.

Il est sept heures et demie.

Il est deux heures et quart.

Il est sept heures et demie.

Il est trois heures moins le quart.

Ex. 24cd

Les devoirs

Huiswerk voor vandaag	Maken : opdrachten in LessonUp Leren : vocabulaire BE, grammaire C, persoonlijk voornaamwoord, être
Maken/leren voor de volgende les	In werkboek: ex. 17, 19abc, 20, 21, 22 In LessonUp : Filmpje bekijken + opdr maken (LU 2/12) Leren : vocabulaire BE - grammaire C
Huiswerk voor de rest van de week (mag je nu al maken)	Maken : ex. 17, 19abc, 20, 21, 22, 23, 24cd
Programme d'aujourd'hui	Werken aan huiswerkopdrachten Faire: Ex. 19de Corriger werkblad

Quelle heure est-il?

1. Il est onze heures.
2. Il est sept heures.
3. C'est sept heures.
4. C'est set heures.

Quelle heure est-il?

1. Il est quatre heure et quart.
2. Il est quatre heures et quart.
3. Il est quatre heure moins le quart.
4. Il est quatre heures moins le quart.

Quelle heure est-il?

1. Il est neuf heures et demie.
2. Il est dix heures et demie.
3. Il est neuf heures et demi.
4. Il est neuf heures et quart.

Quelle heure est-il?

1. Il est une heures et quart.
2. Il est une heure moins le quart.
3. Il est une heure et quart.
4. Il est deux heures moins 45.

Quelle heure est-il?

1. Il est midi.
2. Il est minuit.
3. Il est douze heures.
4. Il est douze heure.