- …vertellen hoe oud ik ben, waar ik woon en hoe ik heet.
- …mijn familieleden voorstellen en vertellen hoe zij heten, waar zij wonen en hoe
oud zij zijn.
- …de werkwoorden ‘avoir’ en ‘être’ vervoegen in mijn verhaal, zowel schriftelijk
als in mijn uitspraak.
- …de getallen t/m 100 verwerken in mijn verhaal om zo te kunnen vertellen over de leeftijd
van mijzelf en mijn familie.