This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Chapter 8 - Talking and presenting
SO + speaking assignment
8.3 Emotions
Slide 1 - Slide
Test Technical words 2
Telefoon + horloge in TAS (niet broekzak)
Schrijf met een pen (geen potlood)
Klaar?
NU Engels 8.3: ex. 2 + grammar 40 + extra grammar 40 + 4
maak alles in de planning af (NU Engels 8.1 + 8.2 + 8.3)
Slide 2 - Slide
GOALS
- you know the difference between an adjective and an adverb
- you know when to use an adjective or an adverb
- you know what you have to do for the Speaking Assignment: 'My instruction video'
Slide 3 - Slide
Speaking assignment
It's Learning
Period 2
Practicum opdrachten
'My instruction video'
Slide 4 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
- zegt iets over een zelfstandig naamwoord
a beautiful book
I love sweet things
the old car
Bijwoorden
- zegt iets over een werkwoord (hoe?), bijvoeglijk naamwoord, of ander bijwoord
she writes beautifully
the sweetly spoken words
the incredibly old car
Slide 5 - Slide
adjective or adverb
bijvoeglijk naamwoord of bijwoord
PowerPoint
Slide 6 - Slide
De meeste bijwoorden eindigen op –ly . Dat zijn meestal woorden die antwoord geven op de vraag: Hoe? Meestal vorm je deze bijwoorden door –ly achter een bijvoeglijk naamwoord te zetten.