H3F laatste les Duits 2023 - 2024

H3F laatste les Duits 2023 - 2024
1 / 36
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H3F laatste les Duits 2023 - 2024

Slide 1 - Slide

Een leraar Duits / Duitse leraar?
https://youtu.be/hAyn3KEFuTI

Slide 2 - Slide

Wat betekent "die Messe"?
A
het mes
B
de rommel
C
de beurs
D
de vloer

Slide 3 - Quiz

Welk lidwoord hoort bij "Sofa"?
A
das
B
die
C
der
D
dem

Slide 4 - Quiz

Wat is televisie in het Duits?
A
der Fernscher
B
Der Fensteher
C
der Fernseher
D
Die Televisione

Slide 5 - Quiz

In der Klasse H3f gibt es eine Gruppe die heißt: "Spezi" . Aus wieviel Personen besteht diese Gruppe?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 6 - Quiz

Hoe vertaal je "het vest"?
A
das Fest
B
der Fest
C
die Weste
D
das Vest

Slide 7 - Quiz

Hoe schrijf je het woord bakkerij in het Duits?
A
die Backerei
B
die Bäckerei
C
die Bäckerij
D
die Beckerei

Slide 8 - Quiz

Wat betekent het als iets "billig" is?
A
dat het dik is
B
dat het sterk is
C
dat het stom is
D
dat het goedkoop is

Slide 9 - Quiz

Hoeveel inwoners heeft Duitsland nu ongeveer?
A
63 miljoen
B
73 miljoen
C
83 miljoen
D
93 miljoen

Slide 10 - Quiz

Wat betekent "jemals"?
A
ooit
B
nu
C
nooit
D
altijd

Slide 11 - Quiz

Vertaal: die is hier om de hoek
A
Das ist hier um die Ecke.
B
Die sind hier um die Ecke.
C
Die ist hier um die Ecke.
D
Die ist hier um die Ekke.

Slide 12 - Quiz

Vertaal: Je loopt door het park.
A
Du walksed durch den Park.
B
Du gehst durch den Park.
C
Du überquerst den Park.
D
Du gehst durch dem Park.

Slide 13 - Quiz

Ik zit op de havo =
A
Ich gehe zur die Realschule.
B
Ich amst in die Realschule.
C
Ich gehe in die Realschule.
D
Ich gehe zu die Realschule.

Slide 14 - Quiz

Eine Gruppe in H3F heißt "3 op een rij". Mit welchen Buchstaben fangen die Vornamen dieser Schüler an?
A
I - N - L
B
N - L - M
C
K - L - N
D
I - K - L

Slide 15 - Quiz

Welke leerlingen in H3F hebben al eens eerder een Lessonup! quiz gewonnen dit schooljaar bij Duits?
A
Tim en Ymke
B
Ymke en Dirk
C
Thomas en Batuhan
D
Batuhan en Iris

Slide 16 - Quiz

Wat neem je mee als je gaat kamperen? (meerdere antwoorden)
A
Koffer
B
Schlafsack
C
Zelt
D
Papiertüte

Slide 17 - Quiz

Waar lig je in als je aan het slapen bent?
A
auf dem Boden
B
im Bett
C
im Kühlschrank
D
in einer Mülltonne

Slide 18 - Quiz

Wat heeft een NAC-wedstrijd?
A
billig
B
Laden
C
Atmosphäre
D
Arbeitsplatz

Slide 19 - Quiz

Wat betekent "doof" ?
A
doof
B
dom
C
stom
D
dof

Slide 20 - Quiz

In der Klasse H3F gibt es eine Gruppe die heißt: der Bradwürstleute. Welke klinker komt het meest voor in de voornamen van deze 4 leerlingen?
A
a
B
e
C
o
D
u

Slide 21 - Quiz

Wat ben je als je de hele dag op de bankt ligt?
A
ruhig
B
faul
C
beliebt
D
doof

Slide 22 - Quiz

Soldaten vechten in.....
A
Sieg
B
Streit
C
Spiel
D
Krieg

Slide 23 - Quiz

Waar haal jij je medicijnen?
A
die Apotheke
B
die Polizeiwache
C
die Tankstelle
D
das Theater

Slide 24 - Quiz

Vertaal in het Duits: de braadworst

Slide 25 - Open question

Wat is de hoofdstad van Duitsland?
A
München
B
Berlin
C
Leipzig
D
Köln

Slide 26 - Quiz

Hoe heette Oost-Duitsland tijdens de Koude Oorlog?
A
VBD
B
BDR
C
SSR
D
DDR

Slide 27 - Quiz

Waar ga je naartoe om een film te bekijken?
A
das Krankenhaus
B
das Kino
C
der Flughafen
D
der Supermarkt

Slide 28 - Quiz

Wat schrijf je als groet aan het eind van een mailbericht?
A
keine Grüße
B
meine Grüße
C
guten Tag
D
viele Grüße

Slide 29 - Quiz

Wat betekent het werkwoord "gründen"?
A
ruzie maken
B
ergens
C
oprichten
D
graven

Slide 30 - Quiz

Wat betekent "die Farbe"?
A
het varken
B
de stof
C
de sfeer
D
de kleur

Slide 31 - Quiz

Die Gruppe "Döner Brötchen" aus H3F besteht aus ... Personen
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 32 - Quiz

Heutzutage fahren viele Busse auf Strom, denn das ist ...... (meerdere antwoorden)
A
sauber
B
umweltfreundlich
C
schmutzig
D
doof

Slide 33 - Quiz

Wat is een ander woord voor "häufig"?
A
niemals
B
ab und zu
C
manchmal
D
oft

Slide 34 - Quiz

Wat zeg je als je een nieuwe broek wilt passen?
A
Ich möchte gern eine andere Hose anprobieren
B
Jägermeister
C
Ich möchte gern einen Rock anprobieren

Slide 35 - Quiz

Vertaal in het Duits: achterin

Slide 36 - Open question