This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Escaperoom rekenen
Slide 1 - Slide
Hoe werkt het?
Er zijn drie opdrachten (A, B en C) die alle drie zorgen voor een cijfer, de drie cijfers bij elkaar zorgen voor de eindoplossing.
De opdrachten bestaan uit 3 deelopdrachten (1, 2 en 3)
voor de deel-opdrachten heb je de antwoorden van de vorige deel opdracht nodig.
Iedere groep heeft 2 jokers, als je die inlevert krijg je een hint voor een deelopdracht naar keuze. Per joker die de groep aan het eind over heeft, gaat 3 minuten van de eindtijd af.
Slide 2 - Slide
De winnaar
De groep die het snelst de juiste code en de juiste tussenoplossingen aanlevert, wint :)
Door de jokers hoeft dat dus niet perse de groep te zijn die het eerst klaar is...
Slide 3 - Slide
Rekenaars klaar?
Rekenen maar!
stopwatch
00:00
Slide 4 - Slide
Opdracht A1
Melkveehouder Jolles heeft 450 koeien.
Een koe eet gras, maïs en krachtvoer
in de verhouding 8 : 2 : 3.
Een koe eet per dag 11 kg krachtvoer.
Bereken hoeveel kg gras een koe per dag eet, rond af op hele kilo’s.
Slide 5 - Slide
Antwoord A1
Slide 6 - Open question
Opdracht A2
De koeien van melkveehouder Jolles geven samen per week (het antwoord van A1 x 3000) liter melk.
Per week wordt 4% van de totale hoeveelheid melk van melkveehouder Jolles gebruikt voor kaas. Voor 1 kg kaas is 8 liter melk nodig.
Bereken hoeveel kilo kaas per week wordt gemaakt van de melk die melkveehouder Jolles levert.
Slide 7 - Slide
Antwoord A2
Slide 8 - Open question
Opdracht A3
In Nederland zijn er in totaal 1,5 miljoen melkkoeien. Deze koeien geven gemiddeld (antwoord van A2 :17,4) liter melk per dag.
Bereken hoeveel liter melk deze koeien samen per jaar geven. Schrijf je antwoord voluit
Slide 9 - Slide
Eindantwoord opdracht A
Het 1e cijfer van de eindcode:
Tel alle losse cijfers van het antwoord van opgave A3
bij elkaar op en deel dat antwoord door 10
Slide 10 - Slide
Antwoord A3
Slide 11 - Open question
Eindcijfer opdracht A
Slide 12 - Open question
Opdracht B1
Deelnemers aan de Antarctic Ice Marathon hebben
11-12-2024 onder extreme omstandigheden gerend. De deelnemers liepen door het ijzige landschap van de Ellsworth Mountains bij gemiddeld -20 graden. De lopers hebben 42,195 km gerend. De winnaar liep de marathon in 04:01:23.
Wat is de gemiddelde snelheid van de winnaar in m\s? Rond af op 2 decimalen.
Slide 13 - Slide
Antwoord B1
Slide 14 - Open question
Opdracht B2
In totaal deden (antwoord van B1 x 20 + 7, afgerond op helen) lopers mee.
Hoeveel meter hebben ze bij elkaar opgeteld gelopen? Rond het antwoord af op honderdtallen.
Slide 15 - Slide
Antwoord B2
Slide 16 - Open question
Opdracht B3
De afstand van de aarde tot de maan is
(antwoord B2-2 359 300) km.
De volgende vraag is compleet onzinnig, maar bij een wiskunde opgave kan dat 😊
Als een loper met een gemiddelde snelheid van 8 km/u naar de maan zou lopen, hoeveel hele jaren zou hij daar over doen? Je mag rekenkundig afronden.
Slide 17 - Slide
Eindantwoord opdracht B
Het 2e cijfer van de eindcode:
Gebruik het antwoord van opgave B3
Slide 18 - Slide
Antwoord B3
Slide 19 - Open question
Eindcijfer opdracht B
Slide 20 - Open question
Opdracht C1
Op het marktplein in een klein dorpje is een kerstmarkt. Op die kerstmarkt worden voor het goede doel lucifers en bekers chocolademelk verkocht. Er waren 6 kannen met ieder 6 liter chocolademelk, alles is tijdens de kerstmarkt verkocht. In een beker past 300 ml.
Hoeveel bekers chocolademelk zijn tijdens de kerstmarkt verkocht?
Slide 21 - Slide
Antwoord B1
Slide 22 - Open question
Opdracht C2
Ook worden lucifers verkocht, deze worden gemaakt van het hout van de ratelpopulier. Van één populier worden gemiddeld 6 miljoen lucifers gemaakt, in een luciferdoosje zitten gemiddeld (antwoord van opgave C1:2) lucifers.
Op de kerstmarkt zijn 381 doosjes met lucifers verkocht. Hoeveel populieren zijn hiervoor gebruikt? Schrijf je antwoord in de wetenschappelijke notatie en rond af op 1 decimaal.
Slide 23 - Slide
Antwoord B2
Slide 24 - Open question
Opdracht C3
Per jaar worden in de wereld (getal achter de komma in het antwoord van opgave C2-2) x 1 000 000 000 000 lucifers aangestoken.
Als je alle lucifers die per jaar in de wereld worden aangestoken achter elkaar legt, krijg je een afstand van 260 000 000 km. Bereken in hele mm de lengte van 1 lucifer.
Slide 25 - Slide
Antwoord B3
Slide 26 - Open question
Eindantwoord opdracht C
Het 3e cijfer van de eindcode:
Tel het eerste en het tweede cijfer van het antwoord van opgave C3 bij elkaar op
Slide 27 - Slide
Eindcijfer opdracht B
Slide 28 - Open question
En nu?
Ren met de drie eindcijfers en de tussenantwoorden naar voren en lever ze in.