Welke vragen stel je jezelf bij werkwoordspelling VT?
We gaan het gemaakte werk samen bespreken.
BL: Het huisje van de slak.
1, 6.
Werkwoordpakket 12 TT/VT zin 16-20.
TT: 19 VT: 16, 18, 19
Slide 4 - Slide
Belangrijk: Is er nog iets dat besproken moet worden, voordat we kunnen starten met de les?
Vanuit jou?
Vanuit mij?
Ik de onderdelen maten omrekenen, waarde van getallen en afronden eruit gehaald. Of wil jij nog iets hiervan wekelijks oefenen? Tijdens de toets momenten laat ik deze onderdelen ook terugkomen, dus het wordt herhaald. Ik heb woordenschat toegevoegd.
Slide 5 - Slide
Opwarmertje: Woordenschat.
Doelen:
Het vergroten van jouw woordenschat door elke week 15 oefeningen te maken en de woorden en de betekenis te bespreken.