TH1 - periode 4 - Arm en rijk

Hoofdstuk 4: Arm en Rijk 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 4: Arm en Rijk 

Slide 1 - Slide

Aan welk gegeven kun je
zien of een land arm is of niet?

Slide 2 - Mind map

De landen in de wereld kun je indelen in 3 hoofdgroepen

Centrum:            De rijke, vooral westerse landen.
Semiperiferie:    De landen die de laatste twintig jaar een
                             flinke groei hebben doorgemaakt.

Periferie:             De armste landen.




 

Slide 3 - Slide

Drie groepen in de wereld 

Centrum (kgt/th)= landen met de meeste rijkdom en macht


Periferie (kgt/th)= een randgebied: landen die arm zijn en weinig macht 


semiperiferie (kgt/th)= landen die tussen het centrum en de periferie zitten



Slide 4 - Slide

1- Centrum

De landen in het centrum zijn rijk en hebben veel macht.

Deze landen noemen we westerse landen.


Kenmerken van deze landen:

- goed onderwijs

- gezondheidszorg is goed geregeld

- mensen hebben een goed inkomen / veel geld

- de industrie verloopt goed : er worden ingewikkelde producten gemaakt zoals medicijnen en auto's.

Slide 5 - Slide

2- Semiperiferie 


Zitten tussen het centrum en periferie in. Zij zijn gehoorzaam aan het centrum, maar oefenen macht uit op de periferie. 

Soms zijn het landen die eerst bij de periferie hoorden. 

Dit noem je opkomende landen. 

Slide 6 - Slide

3- Periferie

De landen in de periferie zijn arm. We noemen deze landen ontwikkelingslanden of derdewereldlanden.


Kenmerken:

- mensen werken in de landbouw

- Veel kinderen kunnen niet naar school

- De gezondheidszorg is niet goed geregeld

- Grondstoffen uit deze landen worden verkocht aan landen in het centrum. Bijvoorbeeld goud en koper.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Global shift 
Vroeger was de indeling van de wereld heel duidelijk, maar de indeling is langzaam aan het veranderen. Landen ontwikkelen zich van periferie, naar semiperiferie. Er zijn ook landen die zich ontwikkelen van semiperiferie naar centrum
Het omgekeerde gebeurt ook!!!!
Deze verschuiving noem je global shift

Slide 9 - Slide

wat voor prodcuten gaan er over en weer? 

Slide 10 - Slide

Ontwikkelingsgraad 
Centrum = Meest ontwikkelde landen/gebieden 

Semiperiferie = Landen die goed bezig zijn (BRICS)

Periferie = Achterblijvers 

Slide 11 - Slide

Begrippen
bbp: bruto binnelands product
--> totaal aan geld dat een land in een jaar verdiend

bbp per hoofd: het bbp gedeeld door het aantal inwoners in een land.

armoedegrens: hoeveelheid geld die je nodig hebt om te kunnen leven

Slide 12 - Slide

Waarom zegt bbp minder over de rijkdom van het land dan bbp per hoofd?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Welk land hoort niet thuis in het rijtje centrum landen?
A
Duitsland
B
China
C
Verenigde Staten
D
Australië

Slide 15 - Quiz

Welk land hoor niet thuis in het rijtje BRICS landen?
A
Brazilië
B
Rusland
C
Indonesië
D
Zuid-Afrika

Slide 16 - Quiz

Welke uitspraak klopt niet over centrumlanden?
A
Gemiddeld heeft iedereen het goed
B
Gezondheidszorg is sterk ontwikkelt
C
Grote verschillen tussen arm en rijk
D
Hoog percentage aan werkende mensen

Slide 17 - Quiz

Welke uitspraak is juist?
A
Centrumlanden hebben perifere landen nodig voor economische doeleinden
B
Perifere landen hebben de centrumlanden nodig voor economische steun
C
Geen van beide uitspraken is juist
D
Beide uitspraken zijn juist

Slide 18 - Quiz

Wat is het BBP ook alweer?

Slide 19 - Open question

Als we het hebben over de armoedegrens, waar spreken we dan over?

Slide 20 - Open question

Zoek een foto op internet waar je een centrumland duidelijk kunt zien.

Slide 21 - Open question

Centrum
Semiperiferie
Periferie
Volgers
Koplopers
Achterblijvers
Rijk
Ontwikkelingslanden

Slide 22 - Drag question

5 schaalniveaus. 

Welke?

Slide 23 - Slide

 In praktijk lopen de grenzen niet recht.

Slide 24 - Slide

Schaalniveau?

Slide 25 - Slide

Schaalniveau?

Slide 26 - Slide

           Schaalniveau?

Slide 27 - Slide

Schaalniveau?

Slide 28 - Slide

Schaalniveau?

Slide 29 - Slide

Opdracht voor in de les: 
Stelling: 
Op elk schaalniveau kunnen wij een voorbeeld geven van een verdeling tussen arm en rijk. 

Kunnen jullie dat ook? 
Schrijf de 5 schaalniveaus op en zet er een voorbeeld achter van een verdeling tussen arm en rijk op dat schaalniveau!
timer
5:00

Slide 30 - Slide

Noem een voorbeeld van een verdeling tussen arm en rijk op nationaal schaalniveau

Slide 31 - Open question

Noem een voorbeeld van een verdeling tussen arm en rijk op mondiaal schaalniveau

Slide 32 - Open question