What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
europa
1 / 33
next
Slide 1:
Video
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 4
This lesson contains
33 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
6 videos
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Video
Kenmerken
Beperkte individuele vrijheid - grondrechten zijn niet of nauwelijks aanwezig
Geen politieke vrijheid - tegenstanders worden gevangengezet, gemarteld en/of vermoord
Overheidsgeweld (meestal) - tegen tegenstanders, demonstraties en publieke mening
Geen onafhankelijke rechtsspraak - geen rechtsbescherming
Censuur - internet en media gefilterd
Slide 2 - Slide
Dictatuur
De drie machten zijn niet van elkaar
gescheiden, maar in handen van een kleine
groep mensen. (partij / vrienden van de baas)
Slide 3 - Slide
Kenmerken van een democratie
Een democratisch land kun je herkennen aan de volgende punten:
er is een volksvertegenwoordiging
er is een grondwet
de macht is verdeeld
rechtsstaat
Slide 4 - Slide
Democratie
Nederland is een democratie.
demos = volk kratein = beslissen
Democratie betekent dus: het volk beslist
Nederland is een indirecte democratie:
Wij kiezen mensen die namens ons de wetten maken.
Slide 5 - Slide
4. rechtsstaat
In Nederland zijn er onafhankelijke rechters. Mensen hebben recht op een eerlijk proces.
Een land waar de rechten en plichten van burgers en van de overheid in een grondwet zijn vastgelegd en ook worden nageleefd heet een rechtsstaat
Slide 6 - Slide
Directe en indirecte democratie
Directe democratie
= het volk bestuurt zelf.
Voorbeeld: Athene was een directe democratie.
Indirecte democratie
= het volk kiest volksvertegenwoordigers die namens hen besturen.
Voorbeeld: Nederland is een indirecte democratie.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
Slide 12 - Video
Wat is het doel van de Europese Unie?
A
Samen heb je meer wapens en kun je landen veroveren
B
Meer geld verdienen
C
Samen besluiten vormen op politiek en economisch gebied
D
Wereldvrede creëren
Slide 13 - Quiz
Wat zijn de voordelen van de
Europese Unie?
A
Het is gezellig
B
De grenzen zijn open voor handel (goederen) en mensen. Er is ook minder kans op oorlog.
C
We spreken nu allemaal één taal.
D
De landen liggen nu dichter bij elkaar. Er is ook minder kans op oorlog.
Slide 14 - Quiz
Welke land ging uit de Europese Unie?
A
Engeland
B
Groot-Brittannië
C
Brittannië
D
Verenigd Koninkrijk
Slide 15 - Quiz
Europese Unie is......
A
27 landen die veel met elkaar samenwerken
B
europa
C
landen die veel ruzie maken over allerlei wetten
D
Nederland, Belgie en Duitsland
Slide 16 - Quiz
Wat is de hoofdstad van de Europese Unie?
A
Amsterdam
B
Berlijn
C
Parijs
D
Brussel
Slide 17 - Quiz
Wat wil de Europese Unie vooral?
A
Veiligheid en economische groei
B
Vrede en welvaart
C
Welvaart en welzijn
D
Vrede en meer geld
Slide 18 - Quiz
Nederland is 1 van de oprichters van de Europese Unie.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
De Europese Commissie maakt wetsvoorstellen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
De Europese Raad stemt over wetsvoorstellen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Waaruit bestaat de Europese Raad?
A
Ministers uit elk land
B
Regeringsleiders van elk EU land
C
751 parlementsleden
D
7 belangrijke instellingen
Slide 22 - Quiz
Beslist (mee) over nieuwe wetten en controleert de Europese Commissie.
A
Europees Parlement
B
Europese Commissie
C
Europese raad van ministers
D
Raad van Europese Unie
Slide 23 - Quiz
De Europese Commissie kun je in Nederland het best vergelijken met …
A
Alle politieke partijen samen
B
De leden van de Eerste Kamer
C
De leden van de Tweede Kamer
D
De regering
Slide 24 - Quiz
Waar zit de Europese commissie?
A
Brussel
B
Frankrijk
C
Duitsland
D
Italie
Slide 25 - Quiz
De belangrijkste taak van de raad van ministers is het maken van wetsvoorstellen van de Europese Commissie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
Als de Europese Raad vergadert, wie komen dan bijeen?
A
De regeringsleiders van EU-landen
B
De verantwoordelijke ministers uit de lidstaten.
C
Afvaardigingen van de parlementen van de EU-landen.
D
De commissarissen van de lidstaten.
Slide 27 - Quiz
Zet de volgende woorden in de juiste volgorde in tijd:
Hierna een filmpje met een sleepvraag over de Europese instellingen (1:20)
invoering van de euro
EGKS
EG
EEG
Europese Unie (EU)
Slide 28 - Drag question
Europese gemeenschap kolen en staal
Europees economische gemeenschap.
Europeese gemeenschap
Europese unie
EGKS
EEG
EU
EG
Slide 29 - Drag question
Regeringsleiders van EU-landen die de belangrijke beslissingen nemen.
Ministers van een bepaald vakdepartement.
Europese Tweede Kamer, met minder macht.
Dagelijks bestuur van de EU.
Europese Raad
Raad van de Europese Unie
Europees Parlement
Europese commissie
Slide 30 - Drag question
Europese club van landen die samenwerken met elkaar.
De regering van Europa. Elk land van de EU heeft 1 lid in deze commissie.
De mensen die het land besturen. Dit zijn het staatshoofd en de ministers.
Controleert of de Europese Commissie haar werk goed doet. Je kunt het vergelijken met de Tweede Kamer in Nederland.
Stemmen over wetsvoorstellen en mogen amendementen doen. Uit elke lidstaat 1 minister per onderwerp.
Regering
Europees Parlement
Europese Commissie
Europese Unie
Raad van de Europese Unie
Slide 31 - Drag question
Sleep de zinnen in de juiste volgorde
1
2
3
4
Het aantal lidstaten groeit en in 2021 zijn 27 landen lid van de Europese Unie.
De samenwerking werd een succes en leidde tot de oprichting van de Europese Unie.
Zes landen, waaronder Nederland, werkten in het begin samen.
Kort na de oorlog wilden Europese landen samenwerken.
Slide 32 - Drag question
1952
1957
jaren 80
2004
2019
1993
Uitbreiding Zuid Europese landen
Uitbreiding Oost Europese landen
Europese gemeenschap van kolen en staal
Europese Unie
Europese Economische gemeenschap
Brexit
Slide 33 - Drag question
More lessons like this
6.3. De Europese Unie
July 2017
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
September 2021
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
January 2019
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
May 2019
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
February 2019
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
September 2017
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
December 2017
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
6.3. De Europese Unie
February 2021
- Lesson with
33 slides
by
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl