unit 4.2, to be going to

Ruben
Fenna
Loni
Marije
Damian
Auke
Esmee
Nita
Jayvano
Hidde
Jarno
Manaal
Oane Pieter
Damien
Jelmer
Gwen
Ramon
Lisanne
Jellina
Rianne
Jitze
Nora
Femke
Elina
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Ruben
Fenna
Loni
Marije
Damian
Auke
Esmee
Nita
Jayvano
Hidde
Jarno
Manaal
Oane Pieter
Damien
Jelmer
Gwen
Ramon
Lisanne
Jellina
Rianne
Jitze
Nora
Femke
Elina

Slide 1 - Slide

Jorrick
Wesley 
Sytze
Yannick
Liam
Harmen
Nina-Linn
Leonie
Iris
Nina
Keano
Damien
Jelmer
Sander
Iwan
Dyon

Slide 2 - Slide

Bobby
Aladar
Jarno
Vincent
Janyke
Justin
Fenna-Lian
Esmée
Tess
Sophia
Anna
Liesbeth
Andries
Julia
Anne
maartje
Jesse
Ahmed

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Today:
Toekomende tijd (going to)
Plannen & voorspellen 

Slide 5 - Slide

Aan het einde van de les kan je:
  • toekomende tijd maken met 'to be going to'.
  • uitleggen wanneer je de toekomende tijd vorm gebruikt.
  • vragen & ontkenningen maken met 'to be going to'

Slide 6 - Slide

Wat zijn persoonlijke voornaamwoorden ook alweer?

Slide 7 - Open question

Welke persoonlijke voornaamwoorden horen bij welke vorm van 'to be'?
Am
Are
Is
I
You
He
She
It
We
They

Slide 8 - Drag question

Wanneer gebruik je 'to be going to'?
  • als je een plan hebt voor de toekomst;
  • er een duidelijke aanwijzing is dat iets gaat gebeuren.

Slide 9 - Slide

Plan voor de toekomst


I am going to throw spiders at children tomorrow.
Duidelijke aanwijzing dat er iets gaat gebeuren voorbeeld

Look at the clouds. It is going to rain!


Slide 10 - Slide

De vorm (bevestigend).
I
am 
going to
hele werkwoord
He/she/it
is 
going to
hele werkwoord
we/you/they
are 
going to
hele werkwoord

Slide 11 - Slide

De vorm (ontkennend)
I
am not
going to
hele werkwoord
He/she/it
is not
going to
hele werkwoord
We/you/
they
are not
going to
hele werkwoord

Slide 12 - Slide

De vorm (vragend)
Am
I
going to
hele werkwoord
Is
he/she/it
going to
hele werkwoord
Are
we/you/they
going to
hele werkwoord

Slide 13 - Slide

Jacob ... work out at the gym.
A
am going to
B
is going to
C
are going to

Slide 14 - Quiz

The doctor ... give us the results.
A
am going to
B
are going to
C
D
is going to

Slide 15 - Quiz

... they going to help her?
A
Is
B
C
Am
D
Are

Slide 16 - Quiz

Lisa and I ... play outside today.
A
am not going to
B
is not going to
C
are not going to

Slide 17 - Quiz

Maak de zin bevestigend.
My cat .... eat all the food.

Slide 18 - Open question

Maak de zin ontkennend. (not)
I ... help you.

Slide 19 - Open question

Aan de slag!
FIRST: opd. 2, 5, 6, 7
(blz. 128)

FINISHED?  woordtrainer unit 4.2
(laptop)

 
timer
7:00

Slide 20 - Slide