Taalverzorging spelling H2 - meervoud op -en

Spelling H3
Meervoud op -en

blz. 94
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Spelling H3
Meervoud op -en

blz. 94

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Klemtoon?
- Lettergreep waar de nadruk op ligt.

- Spreek het woord voor jezelf uit op verschillende manieren.

klemtoon of klemtoon

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Nog een uitzondering 




Ligt de klemtoon van het woord NIET op de laatste lettergreep?

Dan verdubbel je de laatste medeklinker niet.

monniken 
haviken 

Slide 6 - Slide

meervoud van: stommerik
A
stommeriken
B
stommerikken
C
stommeriks

Slide 7 - Quiz

meervoud van luiwammes
A
luiwammessen
B
luiwammesen
C
luiwammici
D
heeft geen meervoud

Slide 8 - Quiz

Meervoud van porie
A
poriën
B
porieën

Slide 9 - Quiz

meervoud van idee
A
ideën
B
ideeën
C
ideëen

Slide 10 - Quiz

Het meervoud van categorie is:
A
categorieën
B
categoriën
C
categories

Slide 11 - Quiz

meervoud van kalf
A
kalfen
B
kalven
C
kalveren
D
heeft geen meervoud

Slide 12 - Quiz

Het meervoud van kopie is:
A
kopies
B
kopieën
C
kopiën

Slide 13 - Quiz

Het meervoud van moskee is:
A
moskees
B
moskeën
C
moskeeën

Slide 14 - Quiz

Aan het werk
Maak in je schrift:

opdracht 2, 3 en 4

Slide 15 - Slide