§4.2 Waar kun je werken?

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • Lees "wat is het probleem" en
  • maak opdracht 2 en 3 op blz. 118 en
  •  Maak opdracht 11 en 12 op blz. 121


De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • Lees "wat is het probleem" en
  • maak opdracht 2 en 3 op blz. 118 en
  •  Maak opdracht 11 en 12 op blz. 121


De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren

Slide 1 - Slide

Vraag
In bepaalde sectoren werken steeds meer mensen als zzp-er.

  • Wat is een zzp-er?
  • of wat is zzp?

Slide 2 - Slide

§4.1 Waar kun je werken? 
Deel 2

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • Je kunt uitleggen wat arbeidsverdeling is en aangeven in welke productiesectoren je kunt werken.
  • Je kunt voor- en nadelen noemen van werken in loondienst en werken als zelfstandige.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Wat is een ZZP er?
  • ZZP = Zelfstandige Zonder Personeel
  • Je werkt dus niet voor een baas,
  • Maar voor een opdrachtgever

  • Soms kun je bij een bedrijf zowel als ZZP-er als vast personeel in dienst gaan. 
  • Loondienst of zzp is voor de werkgever even duur

Slide 6 - Slide

 ZZP
  • Voordelen:
  • "eigen baas" je bepaalt zelf je schema
  • Hoog uurloon (€50 t/m €120 per uur) 
  • je houdt ook meer geld over
  • Je werkt voor korte periodes aan een opdracht
  • Je hoeft niet alle bijtaken te doen (want je kost dan teveel)


ZZP
  • Nadelen:
  • Als je niet werkt verdien je niks
  • risico dat je zonder opdracht komt te zitten
  • Je bouwt geen pensioen op (zelf sparen)
  • Je bent niet automatisch verzekerd (Zelf voor veel geld afsluiten)
  • Zelf je boekhouding doen
  • Niet vergeten belasting apart te houden

Slide 7 - Slide

Flexibel of vaste dienst?
Flexibel contract:
  • Voor bepaalde tijd en/of
  • Oproepbasis

Slide 8 - Slide

Vraag
Wat is beter voor een bedrijf? 

  • A) Iedere werknemer meerdere taken laten doen
  • B) Taken verdelen zodat iemand maar 1 taak heeft? Waarom vind jij dit? Schrijf voor jezelf op.


  • Na 2 minuten wissel je jouw antwoord uit met je buurman/vrouw.
timer
2:00

Slide 9 - Slide

Arbeidsverdeling 
Doordat arbeid verdeeld wordt:
  • Kan iemand zich specialiseren
  • Hierdoor gaat zijn arbeidsproductiviteit omhoog
  • (Arbeidsproductiviteit = hoeveel 1 iemand maakt in een uur)

  • Bedrijven doen dit binnen het bedrijf, maar laten sommige taken ook buiten het bedrijf doen!

Slide 10 - Slide

Arbeidsverdeling
  • Binnen een bedrijf kan de arbeid verdeeld worden.

  • Bijvoorbeeld:
  • Binnen het 's-Gravendreef college is er voor elk vak een andere docent.
  • Meneer Scholte geeft Wiskunde
  • mevrouw Coffie E&O en 
  • meneer Carrilho Economie
  • Elke docent is een specialist in zijn taak en kan goede lessen geven.



Slide 11 - Slide

Arbeidsverdeling
  • Bedrijven kunnen ook onderling taken verdelen:

  • Bijvoorbeeld:
  • Op het MBO wordt ook onderwijs gegeven. 
  • Voor het 's-Gravendreef college zou het te moeilijk zijn om ook MBO onderwijs aan te bieden. 
  • Er is te weinig kennis van en de organisatie zou veel te groot worden.

Slide 12 - Slide

Productiesectoren
  • Arbeid wordt verdeeld binnen bedrijven, 
  • maar ook tussen bedrijven

  • Een belangrijke arbeidsverdeling is de verschillende verdeling in productiesectoren

Slide 13 - Slide

4 Productiesectoren

Slide 14 - Slide

Opdracht
Wat: maak opdracht 2 t/m 4  op blz. 115 
Hoe: lees de leer tekst als je moeite hebt met een vraag!
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Samen bespreken
Klaar: Begin alvast met het huiswerk:
Opdracht 2 t/m 8 op blz. 111


timer
15:00

Slide 15 - Slide

Huiswerk tijd
  • Opdracht 2 t/m 8 op blz. 111

timer
10:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Terugblik en afsluiting
  • Wat: Schrijf voor jezelf op wat je deze les hebt geleerd (2 min)
    Wissel je antwoorden uit met je buurman/vrouw. De docent wijst een aantal duo's aan die het klassikaal vertellen. 
  • Volgende les: verschijningsvormen van geld 



huiswerk opdracht 6 t/m 9 vanaf blz. 47 

Slide 18 - Slide