Periode 2

Je legt de ontwikkeling in de puberteit uit en benoemt de onderdelen van het mannelijk en vrouwelijk voortplantingsorgaan met de bijbehorende functies.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Je legt de ontwikkeling in de puberteit uit en benoemt de onderdelen van het mannelijk en vrouwelijk voortplantingsorgaan met de bijbehorende functies.

Slide 1 - Slide

Hormonen

Slide 2 - Slide

Hormonen
  • hormoonklieren  maken hormonen.

  • gaan via bloed naar andere organen.

Slide 3 - Slide

Puberteit

Slide 4 - Slide

Puberteit

Slide 5 - Slide

Hoe krijg je jeugdpuistjes?
In je pubertijd verandert je huid en haar. Dit wordt vaak wat vetter. 

Vaak krijg je last van acne (jeugdpuistjes). In de puberteit wordt er extra veel talg gemaakt, via poriën naar buiten.

- Poriën raken door teveel talg verstopt: 
mee-eter
- Talgklieren raken door bacteriën ontstoken: jeugdpuistjes/acne

Slide 6 - Slide

Geslachtskenmerken
  1. Primaire geslachtskenmerken 
  2. Secundaire geslachtskenmerken 
  3. Tertiaire geslachtskenmerken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Uitwendige voortplantingsorganen

Slide 10 - Slide

Voortplantingsstelsel van een vrouw
Ovulatie (eisprong): vrijkomen van een eicel uit de eierstok

Slide 11 - Slide

Menstruatie 

Slide 12 - Slide

Hormonen vrouw
LH en FSH is van invloed op de eierstokken

De eierstokken produceren oestrogeen en progesteron. 

In de eierstokken rijpen de eicellen.

Slide 13 - Slide

Zwangerschap

Slide 14 - Slide

Bevruchting

bevruchting

Slide 15 - Slide

De bevruchting vindt plaats in de eileiders.

Na de bevruchting:
  • Delen
  • Naar baarmoeder
  • Innesteling
Na bevruchting is de eicel na ongeveer 5 tot 7 dagen in de baarmoeder, waar hij zich kan innestelen

Slide 16 - Slide

Bloed moeder en kind mengt niet. Uitwisseling via tegenstroomprincipe
In de placenta worden ook schadelijke stoffen uitgewisseld, bv nicotine, medicijnen en sommige ziekteverwekkers.

Slide 17 - Slide

Bevalling

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide