5.1 herhaling

De Vroege Middeleeuwen
5.1 Leenheren en leenmannen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Vroege Middeleeuwen
5.1 Leenheren en leenmannen

Slide 1 - Slide

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3 en Hoofdstuk 4

Slide 2 - Slide

Welk tijdvak gaan we nu bespreken?
A
Tijd van Grieken en Romeinen
B
Tijd van Monniken en Ridders
C
Tijd van Steden en Staten
D
Tijd van Ontdekkers en Hervormers

Slide 3 - Quiz

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe het rijk van de Franken werd bestuurd.

Slide 4 - Slide

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 5 - Slide


Onrustige tijden in Europa
500-800



  • Na de val van het West-Romeinse Rijk waren er veel oorlogen
  • Reizen was gevaarlijk en de meeste mensen leefden in dorpjes.

  • Grote steden, zoals Rome, waren er niet (meer)

Slide 6 - Slide


Het Frankische Rijk
751-870



  • Het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa.
  • De bekendste Frankische koning was Karel de Grote.  
  • In het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide


Het leenstelsel

  • Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
  • Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten

  • Zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen. 
  • Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
  • Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme

Slide 9 - Slide

De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
  • Hij moest trouw zweren aan de koning; 
  • Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
  • Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen; 
  • Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.

Slide 10 - Slide


Het Frankische Rijk valt uiteen

  • Het rijk werd na de dood van Karel de Grote en zijn zoon Lodewijk de Vrome steeds meer verdeeld en verdeeld en verdeeld...
  • De edelen die deze gebieden bestuurden, 'vergaten soms maar even' dat zij dit gebied offcieel nog steeds in leen hadden van hun leenheer!

  • Of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen...

Slide 11 - Slide

Het Frankische Rijk valt uiteen
Europa werd ook steeds minder veilig
Niet alleen door burgeroorlogen, maar ook door roversbendes en invallen van vikingen!

Slide 12 - Slide

Vikingen hadden kleine snelle schepen met een draak aan de voorkant
Met deze schepen kwamen ze vanuit Scandinavië (Denemarken, Noorwegen, Zweden enz.) en plunderden ze steden in de kustgebieden
Dit is de aanvoerder van deze vikinggroep. Hoe meer zijn groep plunderde hoe groter zijn status was in zijn thuisgebied
De rook van een brandende stad, in dit geval 'Dorestad', nu bekend als Wijk bij Duurstede
Voorbeelden van geplunderde spullen, naast goud en zwaarden werden er ook mensen meegenomen die in Scnaidnavië als slaaf moesten werken
Vikingen die aan komen lopen met de buit. Wat vikingen vaak deden was wachten tot zondag, omdat dan iedereen in de kerk zat en zij rustig de mensen gevangen konden nemen

Slide 13 - Slide

Wat was geen onderdeel van de onveiligheid in de vroege middeleeuwen?
A
Rovers en Vikingen
B
Wilde dieren
C
Burgeroorlogen
D
De Pest

Slide 14 - Quiz

Onveilig
Door de onveiligheid aan het eind van de vroege middeleeuwen gingen mensen zich terugtrekken in stevige dorpen.

Slide 15 - Slide

Een donjon, of mottekasteel, was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden, onontgonnen gebied en bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de heer. De wapenuitrusting moesten ze zelf betalen.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was. Overigens moesten ze hun pacht ook weer van deze opbrengst betalen.
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten het vroonhof
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief de pacht en de herendiensten.

Slide 16 - Slide

Wat is het belangrijkste gebouw in een domein?
A
Vroonhof
B
Boerderij
C
Donjon
D
Horige

Slide 17 - Quiz

1500 
v. Chr.
1000 
v. Chr.
500 
v. Chr.
1
500
1000
1500
2000
2050
Sleep de iconen naar de juiste plek in de tijdlijn.

Slide 18 - Drag question