Woordenschat h2 een omschrijving zoeken

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemiddag klas 1A

Vandaag...
- Woordenschat h2
- Herhalen
- Opdrachten maken

Leerdoel:
- Ik kan de betekenis van een onbekend woord vinden met behulp van een omschrijving.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemiddag klas 1A

Vandaag...
- Woordenschat h2
- Herhalen
- Opdrachten maken

Leerdoel:
- Ik kan de betekenis van een onbekend woord vinden met behulp van een omschrijving.

Slide 1 - Slide

Vorige les
  • Welke manieren ken je om achter de betekenis van een moeilijk woord te komen?
  • Wat moet je doen om een synoniem te vinden in de tekst?
  • Hoe vind je een omschrijving in de tekst

Slide 2 - Slide

Woordraadstrategieën
H1. Synoniem zoeken:
- 2 woorden met dezelfde
betekenis.
- Vind je in de volgende
of vorige zin.
H2. Omschrijving zoeken:
- Tussen haakjes of komma's: 
() , ,
- In de vorige zin
- In de volgende zin

Slide 3 - Slide

Doelen Woordenschat hs 2

- Ik kan de betekenis van een onbekend woord vinden met behulp van een omschrijving.


- Ik ken de betekenis van alle woorden en uitdrukkingen uit de paragraaf

Slide 4 - Slide

Omschrijving zoeken

Denk aan 30 seconds: 

- Je geeft een omschrijving van een woord, zonder het woord te zeggen. 

Slide 5 - Slide

woordraadstrategie omschrijving
Ken je een woord niet? Zoek naar een omschrijving in de tekst.

Sommige Nederlandse acteurs emigreren, ze verhuizen naar een ander land, vaak Amerika, omdat ze hopen dat ze daar beroemd worden.

Slide 6 - Slide

Hoe zoek je dan een omschrijving? (1)
- Zoek de omschrijving tussen haakjes of tussen komma’s




Bijvoorbeeld: Vaak verschijnt een filmeditie, een uitgave van een boek met foto’s uit een daarnaar gemaakte film, nadat een boek verfilmd is.

Slide 7 - Slide

Hoe zoek je dan een omschrijving? (2)
- Zoek de omschrijving in de volgende zin. 

Bijvoorbeeld: Honderden ramptoeristen bezochten het overstroomde gebied. De hulpverleners hadden veel last van al die mensen die uit nieuwsgierigheid naar de ramp kwamen kijken.

Slide 8 - Slide

Hoe zoek je dan een omschrijving? (3)
- Zoek de omschrijving in de vorige zin


Bijvoorbeeld: Sommige popmuzikanten krijgen veel post van bewonderaars. Meestal beantwoorden ze hun fanmail niet zelf.

Slide 9 - Slide

Uitleg voorbeeld
Ze wilde als klein meisje al naar een galerie, een ruimte waar kunst getoond wordt, omdat haar moeder ook altijd ging.

Je kijkt hierboven naar de tekst tussen de komma's, hierin staat een omschrijving van het woord galerie. 

Het kan ook zijn dat de omschrijving in de vorige of volgende zin staat.

Slide 10 - Slide

Aan de slag
- Groep zelfstandig: Jullie werken in stilte!!!!- 
- Vind je het moeilijk? Stel dan een vraag! Of luister mee!
- Klaar? Pak een antwoordenboek om de opdrachten van H1 en 2 na te kijken.

Slide 11 - Slide

Wat betekent 'Ruim'?
A
Een straat
B
Iets meer dan
C
Prijs
D
Modern

Slide 12 - Quiz

Wat betekent 'Naam maken'?
A
Goed bekend raken
B
Een naam verzinnen
C
Opmerkingen maken
D
Het beste zijn

Slide 13 - Quiz

Wat betekent 'diverse'?
A
Grote
B
Kleine
C
Verschillende
D
Vers

Slide 14 - Quiz

Wat betekent 'Traditioneel'?
A
Nieuw
B
Grappig
C
Volgens oud gebruik
D
Gehuldigd worden

Slide 15 - Quiz

Wat betekent 'Ideaal'?
A
Best, er is geen betere
B
Idee
C
Groot
D
Klein

Slide 16 - Quiz

Checkvragen
1. Welke twee manieren ken je om achter de betekenis van een moeilijk woord te komen?

2. Hoe vind je een 'omschrijving'?

3. Wat betekent ervaren? En hoe vind je het antwoord?:
Wil je ervaren hoe het is om dierverzorger te zijn? Als hulpverzorger in dierentuin Aapenzo kun je het meemaken en daardoor weten hoe het is.

Slide 17 - Slide

Antwoorden checkvragen
1. Een synoniem zoeken en een omschrijving zoeken.
2. Door om het woord heen te lezen (context):
- Tussen haakjes of komma's
- In de volgende zin
- In de vorige zin.
3. Ervaren = meemaken: in de volgende zin staat een omschrijving. 

Slide 18 - Slide

Aan de slag!

Maken: Woordenschat H2, opdracht 3 t/m 5 (vanaf blz. 52).

Slide 19 - Slide