This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welke soorten beenderen ken je?
Slide 1 - Mind map
10. Skelet: soorten beenderen pg138
Slide 2 - Slide
Ontwikkeling van het bot
Slide 3 - Slide
Lengtegroei van het scheenbeen gebeurd vanuit
A
Het beenvlies
B
De groeischijven
C
Het rode beenmerg
Slide 4 - Quiz
Nieuw botweefsel wordt onder het botvlies gemaakt d.m.v. osteoclasten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
In het botvlies wordt nieuw botweefsel aangemaakt voor de breedtegroei van je bot
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quiz
Dus osteoclasten doen de ... en osteoblasten doen de ... van botweefsel
A
osteoclasten: afbraak
osteoblasten: opbouw
B
osteoclasten: opbouw
osteoblasten: afbraak
Slide 7 - Quiz
1. De epifysairschijf heeft een functie bij de breedtegroei van een botstuk. 2. De epifysairschijf heeft een functie bij de lengtegroei van een botstuk. 3. De epifysairschijf heeft een functie bij de fractuurheling van een botstuk.
A
1 is juist
B
2 is juist
C
3 is juist
D
Geen van alle is juist
Slide 8 - Quiz
5. beenderverbindingen pg140
Slide 9 - Slide
GEWRICHTEN: Zoals wat werkt het gewrichtsvocht?
A
werkt zoals boter
B
werkt zoals deo
C
werkt zoals smeerolie
Slide 10 - Quiz
Wat is de functie van gewrichtbanden?
A
soepel bewegen van het gewricht
B
houdt de 2 botten bij elkaar
C
zorgt voor extra stevigheid van het gewricht
Slide 11 - Quiz
De meniscus is .......
A
een ander woord voor gewrichtskapsel
B
een kraakbeenschijf die zich in de knie bevindt
C
een kraakbeenschijf die zich in de nek bevindt
D
een slijmbeurs die zich tussen pees en bot bevindt
Slide 12 - Quiz
noem twee functies van gewrichtsvloeistof(synovia) in het gewricht.