1. De leerling kent de
vijf vrijheden van Brambell
2. De leerling kan aan de hand van het Quality Welfare systematiek, objectief het dierenwelzijn bepalen in een bepaalde situatie.
3. De leerling kan omschrijven wat er wordt verstaan onder natuurlijk gedrag van de boerderijdieren.
4. De leerling kan uitleggen waardoor afwijkend gedrag bij dieren kan ontstaan.
5. De leerling kan de stress-signalen van de boerderijdieren benoemen