3.1 Je leert van (non-) fictie is en wat een klassieker is.
Je leert wat fantasie en realistische boeken zijn
3.2 Je leert wat personages, hoofdpersoon en bijfiguren zijn
Je leert uitleggen hoe een personage zich voelt
3.3 Je leert wat een onderwerp, genre en een pictogram is
Je leert uitleggen wat je smaak is en waarom
3.4 Je leert uitleggen waarover gedichten gaan en wat je mooi vindt.