Spelling au thema 2

1 / 14
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 6

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Zoek de goede.
A
kabbeljauw
B
kabeljouw
C
kabeljau
D
kabeljauw

Slide 2 - Quiz

Welk woord past het beste bij dit plaatje?
A
tomaten
B
rauwkost
C
sla
D
pauw

Slide 3 - Quiz

Zoek de fout
A
rouwkost
B
rauwkost

Slide 4 - Quiz

Een persoon die huizen maakt...
A
de architect
B
de ontwerper
C
de huizenmaker
D
de bouwvakker

Slide 5 - Quiz

Een synoniem voor theater.
A
de bioscoop
B
de schouwburg

Slide 6 - Quiz

Hoe noem je de tijd wanneer je kan eten en drinken of buiten spelen?

Slide 7 - Open question

Een plek waar je kunt eten en drinken als je niet thuis bent.

Slide 8 - Open question

juffr..w
ou of au?
schrijf het hele woord op!

Slide 9 - Open question

Als je klapt voor iemand dan noem je het een ... a.......s

Slide 10 - Open question

Zoek het juiste antwoord.
A
wenkbrouwen
B
wengkbrauwen
C
wenkbrauwen
D
wenkbouwen

Slide 11 - Quiz

De haren boven je ogen.
w......................

Slide 12 - Open question

Schrijf zoveel mogelijk woorden op met de AU.

Slide 13 - Open question

Schrijf zoveel mogelijk woorden op met de OU

Slide 14 - Open question