Theorie toetsvoorbereiding zorgtechnologie

Theorie toetsvoorbereiding zorgtechnologie
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Theorie toetsvoorbereiding zorgtechnologie

Slide 1 - Slide

Technologie
Dit is het geheel van technieken, vaardigheden, methoden en processen om iets te maken of een doel te bereiken.

  • Techniek
  • Vaardigheden
  • Methode
  • Proces

Slide 2 - Slide

Technologie: (blz. 16)
  • De techniek is alles wat gemaakt is en wat je kunt gebruiken.
  • De vaardigheid betekent dat je ertoe in staat bent om een handeling goed uit te voeren of een probleem correct op te lossen. 
  • De methode is de werkwijze
  • Het proces is het geheel van alle handelingen waarin je its maakt of uitvoert.

Slide 3 - Slide

Veerkracht (blz. 107) !!
Het vermogen om te herstellen na stress of tegenslag. Na stress of tegenslag ben je vaak verdrietig en voel je je naar. Er is tijd nodig om het te verwerken.

Slide 4 - Slide

Smart data (blz. 23)
Overal, dus ook binnen zorg & welzijn, worden veel gegevens van zorgvragers en cliënten verzameld.
  • De term big data wordt gebruikt voor een normale hoeveelheid digitale gegevens waarin nog geen structuur zit. 
  • Door structuur in deze gegevens aan te brengen, kun je meer te weten komen. Deze gegevens noem je smart data

Slide 5 - Slide

Internet of things / internet der dingen (blz. 20)
Het geheel aan apparaten dat via internetverbindingen met andere apparaten contact heeft en aan elkaar gegevens wisselen. 

In de zorg kun je denken aan sensoren die aangeven dat een oudere thuiswonende zorgvrager al 20 uur niet door het huis heeft bewogen. Dit kan voor de thuiszorg een signaal zijn om eens te gaan kijken.

Slide 6 - Slide

Domotica (blz. 24)
Domotica is een verzamelnaam voor allerlei slimme apparaten en toepassingen voor in huis. Door domotica kan je langer thuis blijven wonen. 

Voorbeelden: Slimme lampen, huisalarm, automatische deuropeners

Slide 7 - Slide

Waarom is het belangrijk dat je de privacy van de zorgvragers en cliënten beschermt?


Dit is belangrijk omdat deze mensen hun gegevens aan jou geven, en ervan uit moeten kunnen gaan dat je er geen misbruik van maakt of ze openbaar maakt. Niemand anders heeft er namelijk iets mee te maken.

Slide 8 - Slide

Robots
Een robot is een geprogrammeerde machine die automatisch bepaalde dingen kan doen. Bepaalde robots zijn voorzien van artificiële (kunstmatige) intelligentie ofwel AI)

Voorbeeld: Nano-robots: 
Piepkleine robots zoals nano-robots, zijn zo klein dat ze bijvoorbeeld in de bloedbaan gebracht kunnen worden.


Slide 9 - Slide

Technologische hulpmiddelen (blz. 45)
  • Leefstijlmonitoring met slimme sensortechnologie 
  •  Slimme kalenderklok voor meer dagstructuur 
  • Robot voor dagstructuur 

  • Wearables
Voorbeeld: activity tracker
Een activity tracker is een band die je om je pols draagt, deze band houdt allerlei leefstijl activiteiten bij.
  • Diverse apps: 
Voorbeeld: apps waarmee gezonde voeding mee wordt ondersteunt

Slide 10 - Slide

Open en gesloten vragen (blz. 58)
  • Open vragen krijg je een open antwoord
  • Gesloten vraag krijg je ja of nee als antwoord

Slide 11 - Slide

Technologische hulpmiddelen (blz. 52)
  • Biosensor: een apparaatje dat moleculen opspoort. 
Voorbeeld: Glucose meting bij diabetes 

Een inwendige biosensor wordt als implantaat in het lichaam geplaatst. Een implantaat is een voorwerp dat in het lichaam wordt geplaatst. 

Slide 12 - Slide

Inventariseren
Inventariseren betekent dat je duidelijk krijgt hoe de situatie precies in elkaar zit.


Slide 13 - Slide

Zelfredzaamheid en veiligheid (blz. 61)
Binnen zorg en welzijn staat de zelfredzaamheid en de veiligheid van de zorgvragers centraal. 
  • Zelfredzaamheid is de mate waarin mensen zichzelf kunnen redden met zo min mogelijk ondersteuning en zorg. 
  • De eigen regie is van groot belang bij zelfredzaamheid. Eigen regie houdt in dat de zorgvrager zelf beslist over zijn leven, en over de ondersteuning daarbij. 

Slide 14 - Slide

Zelfredzaam zijn (blz. 63)
Veel zorgvragers hebben op een gegeven moment een probleem met hun zelfredzaamheid. Dit kan komen door een fysieke (lichamelijke) en/of mentale (geestelijke) beperking.

Slide 15 - Slide

Veiligheid (blz. 68)
Medicatieveiligheid.
Met medicatie kan veel goed, maar soms ook veel misgaan. Daarom is de medicatieveiligheid belangrijk. 
Veiligheid in huisvesting.
Aandacht voor beveiliging van zorginstellingen zowel overdag als avonds. 
Veiligheid van de zorgverlener.
Lichamelijke ongevallen, risico's van besmetting, burn-out door spanning
Veiligheid in geboden zorg.
De zorgverleners werken veel met apparaten. Als hiermee niet zorgvuldig wordt omgegaan, heeft dit gevolgen voor de zorgvrager. 

Slide 16 - Slide

Veiligheid (blz. 68)
Veiligheid van de gegevens van de zorgvragers (AVG)
Volgens de AVG moeten bedrijven en organisaties de gegevens van iedereen streng bewaken. Zeker nu veel digitaal wordt verwerkt zijn er nieuwe regels gemaakt. Zo moet de privacy van mensen worden beschermd.  

Slide 17 - Slide

Begrippen kennen: (blz. 78)
  • Incontinentie
  •  Cognitieve problemen
  • Prioriteiten stellen
  • Mobiliteit

Slide 18 - Slide

Veiligheid (blz. 68)
Veiligheid van de gegevens van de zorgvragers (AVG)
Volgens de AVG moeten bedrijven en organisaties de gegevens van iedereen streng bewaken. Zeker nu veel digitaal wordt verwerkt zijn er nieuwe regels gemaakt. Zo moet de privacy van mensen worden beschermd.  

Slide 19 - Slide

ICT termen (blz. 115)
  • BUG: Een fout in een computerprogramma, hierdoor werkt het programma niet goed. 
  • DDoS: Een aanval van buitenaf op het computersysteem
  • Spam: Ongewenste elektronische berichten
  • Computervirus: Een virus kan van buitenaf je systeem binnenkomen en alles platleggen, of ervoor zorgen dat bepaalde programma's niet meer werken.
  • Firewall: Dit is een systeem dat onbevoegde gebruikers buiten het netwerk houdt.
  • Virusscanner: Programma dat computer regelmatig checkt op virussen.
  • Cloud: Bestanden die je online kunt opslaan. !!

Het doel van ICT termen is dat je makkelijker kunt communiceren met de ICT medewerker of met de netwerkbeheerder. 

Slide 20 - Slide

Kwaliteit van het leven (blz. 92)
Voorbeelden van technologie waarmee de kwaliteit van het leven wordt verbeterd: 
  • Trapfiets voor onder een bureau. Hierdoor kan iemand die veel zit toch bewegen.
  • Stoelfiets, ook bestemd voor mensen die veel zitten.
  • Luchtbevochtigers voor mensen die veel last hebben van luchtwegen.
  • Regelmatige verbinding met een coach via een beeldscherm.
  • VR-bril om afleiding te vinden
  • Tablet waarmee met mensen van buiten kan worden gecommuniceerd.
  • Computer waarmee iemand veel kan opzoeken, dat leidt af.
  • Apps waarmee iemand contact heeft met anderen.

Slide 21 - Slide

Technologie in de zorg en ethiek (blz. 94)
Ethiek betekent dat je je afvraagt of wat je doet, goed of slecht is. Gedrag is ethisch (goed) of onethisch (slecht).
Waarden zijn die dingen die jij belangrijk vindt in het leven.
Normen zijn de ongeschreven regels over hoe je je hoort te gedragen.

Slide 22 - Slide

Stappenplan voor het oplossen van een dilemma (blz. 98)
  1.  Omschrijf het dilemma
  2. Beschrijf de waarden en normen
  3. bedenk alternatieven 
  4. kom tot een oplossing

Slide 23 - Slide

bevorderen van het functioneren van cliënten
Dat cliënten zich richten op het functioneren dat zij nog wel kunnen.

Slide 24 - Slide

ICT (blz. 112)
  • Informatie- en communicatie technologie

Wat moet je doen als ICT-hulpmiddelen zoals computers, robots of meetapparatuur niet meer werken?
Communiceren met de ICT beheerder

Slide 25 - Slide

Hardware en software (blz. 113)
Hardware is het apparaat waarmee wordt gewerkt. Voorbeelden zijn een computer, een muis, een robot, en een meetinstrument.
Software zijn de programma's die nodig zijn om een apparaat bepaalde functies te laten uitvoeren. Voorbeeld: Word, excel, powerpoint, windows, elektronisch patiënten dossier

Slide 26 - Slide

Mobiliteitsklasse
De bepaling van de zelfredzaamheid moet je weten in welke mobiliteitsklasse de zorgvrager zit. 
De mobiliteitsklasse geeft aan in hoeverre de zorgvrager beperkt is om zelf aan de transfers mee te werken. 
Transfer is een verplaatsing, bijvoorbeeld van bed naar stoel. 

Slide 27 - Slide

Mobiliteitsklasse

Slide 28 - Slide