Paragraaf 4.1 Wereld: wapengeweld wereldwijd

Hoofdstuk 4 Conflicten
Paragraaf 4.1 Wapengeweld wereldwijd


3V
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4 Conflicten
Paragraaf 4.1 Wapengeweld wereldwijd


3V

Slide 1 - Slide

welkom!
telefoon in telefoontas!
ga in de lessonup!

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet waar gewapende conflicten in de wereld voorkomen.
  • Je begrijpt waardoor binnenlandse conflicten kunnen ontstaan.
  • Je kunt samenhangen over conflicten ontdekken tussen atlaskaarten en met andere gegevens.

Slide 3 - Slide

Lezen paragraaf 4.1

Slide 4 - Slide

Wapengeweld wereldwijd

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

Welke redenen zijn er genoemd voor het conflict tussen Iran en Saudi-Arabië?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Strijdtoneel: waar, waarom en hoe?
  • Een gewapend conflict is een conflict waarbij minstens 25 doden vallen. Dit is bijv. in sub-Sahara Afrika, Islamitische wereld, maar waarom is dat zo?
  • Conflicten ontstaan waar een groep mensen macht uitoefent op een andere groep.

Conflicten worden meestal op verschillende manieren ingedeeld.




Slide 10 - Slide

1. Internationale conflicten:
Conflicten die zich afspelen tussen landen.

Slide 11 - Slide

2. Binnenlandse conflicten of burgeroorlogen:
Deze conflicten blijven tussen de grenzen van een land.
Het conflict in Jemen is een strijd van de bevolking tegen de machthebbers met als onderliggend probleem jarenlange onderontwikkeling als gevolg van slecht bestuur, vriendjespolitiek en corruptie. Inmiddels is het ook een burgeroorlog tussen het noorden en het zuiden.

Hierdoor veel kinder zijn er bijv. veel kinderen die honger lijden. 

Slide 12 - Slide

Geïnternationaliseerd conflict =
Oorspronkelijk binnenlands conflict met buitenlandse inmenging.

Slide 13 - Slide

Hoe trek je de grens?
  • Om een conflict te begrijpen moet je iets weten van de staatkunde. Een staat is een gebied met een grens eromheen. Binnen een staat gelden er wetten en regels waar mensen zich aan moeten houden. 

-    Wanneer de mensen in een staat voelen dat ze bij elkaar   horen door hun taal, geloof of
      gemeenschappelijke geschiedenis vormen ze een volk.

  • Een territorium is het woongebied van een volk. Als een volk een eigen territorium heeft is er weinig reden tot een conflict. Maar helaas is dat vaak wel het geval in de wereld zijn er vijfduizend volken maar slechts tweehonderd staten.


Slide 14 - Slide

Grenzen ter discussie
- Grenzen zijn bedacht door machthebbers. Soms lopen ze dwars door een woongebied van volkeren (bijv. in Afrika).
Hier zijn volkeren vaak niet mee eens, waardoor zij eisen voor separatisme. Hierbij spelen economie als cultuur (taal) een belangrijke rol.

- Bijv. de Oeigoeren in China, zij spreken een variant van Turks omdat zij Islamitisch zijn. Hun willen hun eigen cultuur en taal behouden terwijl China hen niet Chinees genoeg vindt. --> Worden onder dwang in 'heropgevoed' in kampen. Ook zijn er veel grondstoffen in dit gebied te vinden, de banen gaan naar de Han-Chinezen i.p.v. de Oeigoeren. Zij vinden dit een vorm van achterstelling. Hierdoor ontstaan aanslagen en geweld (internationaal is er aandacht voor). 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Xinjiang
Woongebied van de Oeigoeren.

Slide 17 - Slide

De Friezen zijn volk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Elk volk heeft een eigen territorium
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Suriname is een staat
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Leg uit dat binnenlandse conflicten vaak te maken hebben met de positie van volkeren die in een land in de minderheid zijn. Gebruik in je antwoord het woord 'staatsgrens'

Slide 21 - Open question

Leerdoelen
1. Je weet waar gewapende conflicten in de wereld voorkomen;

2. Je begrijpt waardoor binnenlandse conflicten kunnen ontstaan.

3. Je kunt samenhang in conflicten ontdekken met behulp van atlaskaarten en andere gegevens.

Slide 22 - Slide

Aan de slag
Maak alles van paragraaf 4.1
Klaar? Maak blz. 94 verdieping 4.1




Slide 23 - Slide