VWO 2 Unit 3.4

VWO 2 Unit 3.4
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

VWO 2 Unit 3.4

Slide 1 - Slide

Programma
  • Lesdoelen bespreken
  • Grammatica (Can, Could, To be able to, To be allowed to)
  • Check
  • Zelfstandig werken
  • Feedback voor mij 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
  • Weet ik wanneer ik "can, could, to be able to, to be allowed to" moet gebruiken.
  • Heb ik gewerkt aan mijn huiswerk.
  • Heb ik feedback gegeven.

Slide 3 - Slide

Grammatica
Can
Could
Be able to
Be allowed to

Slide 4 - Slide

Iets is mogelijk
Om aan te geven dat iets mogelijk is gebruik je:
  • Can = het is waarschijnlijk
  • Could = het is iets minder waarschijnlijk

-> This can be very tricky. (dit kan erg lastig zijn)
-> This could be very tricky. (dit zou erg lastig kunnen zijn)

Slide 5 - Slide

Ergens toe in staat zijn
Wanneer je iets kunt doen, als je er de vaardigheid voor hebt, gebruik je:
  • Can (alleen in de present simple)
  • Could = wanneer je mogelijk iets kan doen (soms als verleden tijd van 'can')
  • To be able to (alle werkwoordstijden)

Slide 6 - Slide

Ergens toe in staat zijn
-> I can help him. (Ik kan hem helpen.)
-> I could help him. (Ik zou hem kunnen helpen.)
-> Luckily, I could help him. (Gelukkig kon ik hem helpen.)
-> I am able to help him. (Ik kan hem helpen.)
-> Luckily, I was able to help him. (Gelukkig kon ik hem helpen.)

Slide 7 - Slide

Toestemming om iets te doen
Om aan te geven dat je iets mag doen gebruik je:
  • Can (alleen in de present simple)
  • Could (als verleden tijd van 'can')
  • To be allowed to (alle werkwoordstijden)

Slide 8 - Slide

Toestemming om iets te doen
-> Dad says I can stay until 11 p.m. (Pap zegt dat ik tot 11 uur mag blijven.)
-> Dad said I could stay until 11 p.m. (Pap zei dat ik tot 11 uur mocht blijven.)
-> I am allowed to stay until 11 p.m. (Ik mag tot 11 uur blijven.)
-> Will you be allowed to stay until 11 p.m.? (Mag jij tot 11 uur blijven?)

Slide 9 - Slide

Beleefde vragen
Om een beleefde vraag te stellen gebruik je:
  • Can
  • Could (is beleefder dan 'can')

-> Can I have a glass of water, please?
-> Could I have a glass of water, please?

Slide 10 - Slide

Wat gebruik je om aan te geven dat je toestemming hebt?
A
to be able to
B
to be allowed to
C
can
D
could

Slide 11 - Quiz

Wat gebruik je om een beleefde vraag te stellen?
A
to be able to
B
to be allowed to
C
can
D
could

Slide 12 - Quiz

Wat gebruik je om aan te geven dat iets mogelijk is?
A
to be able to
B
to be allowed to
C
can
D
could

Slide 13 - Quiz

Wat gebruik je om aan te geven dat je iets kan doen?
A
to be able to
B
to be allowed to
C
can
D
could

Slide 14 - Quiz

Is de grammatica duidelijk?
A
Ja
B
*Duimpje omhoog*
C
Nee
D
*duimpje omlaag*

Slide 15 - Quiz

Zelfstandig werken
Zelfstandig aan het werk met 3.4 (check de studiewijzer)
Vragen stellen mag uiteraard :)

Klaar? -> Lezen in je boek of bezig voor een ander vak
(Dus geen spelletjes)

Slide 16 - Slide

Feedback :)
Tips & Tops

Slide 17 - Open question

Einde les

Slide 18 - Slide