a. In Galilea
b. Jezus is aan het kruis gestorven, begraven, opgestaan en heeft weer 40 dagen op aarde rondgelopen.
c. Jullie moeten naar alle volken gaan, zodat iedereen mijn leerling kan worden. Jullie moeten de mensen dopen in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige Geest.
Leer de mensen om zich te houden aan alles wat ik jullie verteld heb. En vergeet nooit: ik ben altijd bij jullie, totdat de nieuwe wereld komt.’
d. Eigen antwoord.