VEI 2KB 1.2 Energie 2024/2025

Energie
Herhaling Basisstof 1
Basisstof 2: Energie

Je kunt het verband noemen tussen verbranding in je lichaam en lichamelijke inspanning
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Energie
Herhaling Basisstof 1
Basisstof 2: Energie

Je kunt het verband noemen tussen verbranding in je lichaam en lichamelijke inspanning

Slide 1 - Slide

Vorige les leerdoelen
Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat.
Je kunt koolstofdioxide aantonen met een indicator.

Slide 2 - Slide

verbranding
Voor verbranding zijn een brandstof en zuurstof nodig. Na verbranding heb je water, koolstofdioxide en energie. 
vergelijking bij verbranding: 

brandstof + zuurstof           water + koolstofdioxide + energie   

Slide 3 - Slide

1.2 Energie
Net als bij een kaars, vindt er ook in je lichaam verbranding (zonder vuur) plaats.
Dit gebeurt in elke cel van je lichaam, dag en nacht.
Zonder verbranding gaat een cel dood.


Slide 4 - Slide

1.2 Energie
De brandstof voor de verbranding in je lichaam is glucose.

Glucose zit in je voedsel (eten en drinken)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Voor de verbranding van glucose is zuurstof nodig.

Zuurstof komt je lichaam binnen via de longen (via inademen).
Via het bloed gaat het naar alle cellen. 




Slide 7 - Slide

1.2 Energie
Bij verbranding ontstaat water, koolstofdioxide en energie.

Je lichaam gebruikt die energie.
Bijvoorbeeld om te bewegen en om warm te blijven.

Alle organen in je lichaam hebben energie nodig.

Slide 8 - Slide

Nog even herhalen!!
Overnemen in je werkboek

Slide 9 - Slide

1.2 Energie
Bij lichamelijke inspanning (sporten) gebeurt er van alles in je lichaam:
- je gaat sneller ademhalen
- je hart gaat sneller kloppen
- je krijgt het warmer (en gaat zweten)

Hoe komt dat/waarom gebeurt dat?

Slide 10 - Slide

practicum blz 17 doen (10 min)
Lees eerst practicum door
Voer het practicum in tweetal uit
Beantwoord de vragen die erbij horen

Slide 11 - Slide

1.2 Energie
  • Als je sport, hebben je spieren veel energie nodig.
  • Die energie komt uit de verbranding in de spiercel.

  • Als je meer energie nodig hebt, gaat de verbranding dus sneller.

  • Er is meer zuurstof en brandstof nodig en er komt meer koolstofdioxide, water en energie vrij.

Slide 12 - Slide

Aan de slag
Basisstof 2: lees de tekst en markeer belangrijke onderdelen.

Maak de opdrachten van basisstof 2: 1, 2, 4 en 5

Nakijken basisstof 1






Slide 13 - Slide